28

op één lijn 56 3e uitgave 2016 Evidence-based medicine in de opleidingspraktijk Misschien bent u toch meer evidence-beest dan u dacht?! DOOR NIELS BEURSKENS, HUISARTS IN VENRAY EN DOCENT/COÖRDINATOR EBM Als huisarts maken we gemiddeld elke 11 minuten1 de afweging tussen de wensen en voorkeuren van de patiënt, onze professionele mening en de beste wetenschappelijke argumenten die beschikbaar zijn. Vaak gaat deze afweging heel natuurlijk en impliciet: iets wat veel huisartsen(opleiders) “als vanzelf” doen. Tijdens de opleiding wordt deze afweging explicieter gemaakt door dit uit te werken bij verschillende onderwijsmomenten, zoals het uitwisselen van ervaringen, arts-patiënt communicatie en evidence-based medicine (EBM), maar ook tijdens de leergesprekken. Een van mijn doelen als coördinator EBM is om misvattingen over EBM weg te nemen. De nadruk bij het toepassen van evidence-based medicine lijkt namelijk te liggen op de “harde evidence”, maar niets is minder waar! De “evidence” is slechts een onderdeel van EBM zoals die ooit bedoeld is. De waarde van EBM zit ‘m juist in het afwegen van de beste beschikbare wetenschappelijke argumenten, uw professionele expertise én de wensen en voorkeuren van de patiënt (zie figuur). Maar net als kennis over consultvoering, is kennis over de wetenschappelijke basis van ons vak belangrijk voor een goed consult. Niet voor niets schreef Glasziou in 2008: “…Individual practitioners therefore need to be able to find and use evidence themselves – a 21st century clinician who cannot critically read a study is as unprepared as one who cannot take a blood pressure or examine the cardiovascular system”.2 In de (opleidings)praktijk ligt vaak de nadruk op de domeinen arts en patiënt, en minder op het wetenschappelijke bewijs. Het gebrek aan tijd, onzekerheid ten aanzien van EBM-vaardigheden en de beperkte toegang tot medische literatuur zijn redenen die daarvoor worden aangedragen.3 Maar wat huisartsopleiders zich vaak niet realiseren, is dat ze al veel met wetenschap werken. Weliswaar niet in de rol van onderzoeker, maar wel als u de wetenschappelijke stand van zaken (een standaard!!) gebruikt bij de patiëntenzorg, of als u met een aios een standaard of een recent nieuwtje uit H&W bespreekt. Wist u overigens dat u als opleider via eleum (eleum. maastrichtuniversity.nl) toegang heeft tot de medische bibliotheek en dus ook de voor u relevante medische tijdschriften en databases? 28 Niels Beurskens is huisarts in Venray (huisartsenpraktijk Antoniusveld). In 2014 heeft hij de praktijk van Frans Schmeetz overgenomen. Zijn promotieonderzoek voorafgaand aan de huisartsopleiding werd gedaan bij de kinderchirurgie in het Erasmus MC – Sophia Kinderziekenhuis, naar de rol van vitamine A bij het ontstaan van congenitale hernia diafragmatica. Als differentiatie tijdens de huisartsopleiding ontwikkelde hij mede een discipline-overstijgende cursus EBM. Sinds 2015 is hij aangesteld als docent en coördinator EBM aan de huisartsopleiding Maastricht. In de basisopleiding wordt veel aandacht besteed aan de “techniek” van het kritisch beoordelen van een artikel. In het onderwijs aan onze aios proberen we juist het toepassen van deze vaardigheden te oefenen. Hoe kun je een goede zoekvraag formuleren, zodat je snel en efficiënt kunt zoeken, maar ook: wat zegt dit artikel nu, hoe verhoudt zich dit tot mijn eigen ervaring en kennis, en wat heb ik eraan in de context van de patiënt die tegenover mij zit? Vervolgens gebeurt het toepassen en oefenen van deze vaardigheden in de opleidingspraktijk. De opleider kan hierbij de rol van “expert opinion” ten volle uitbuiten om samen met de aios de 3 cirkels uit de figuur te integreren. Voorwaarde hierbij is dat u zich als opleider ook prettig voelt in de rol van “EBM-coach”. In het opleiderscurriculum willen we u daarom graag handreikingen bieden in het toepassen van EBM bij de opleiding van uw aios. Bij de komende opleidersdagen in januari krijgt u hiervan alvast een voorproefje! Ps voor vragen of suggesties sta ik altijd open. U kunt mij bereiken via niels.beurskens@maastrichtuniversity.nl. Referenties: 1. Schäfer W, van den Berg MJ, Groenewegen PP. Workload of Dutch general practitioners from an international perspective. Huisarts en Wetenschap. 2016;59(3):94-101. http://www.henw.org/archief/volledig/ id12123-de-werkbelasting-van-huisartsen-in-internationaal-perspectief. html#werkurenentijdsbesteding. 2. Glasziou P, Burls A, Gilbert R. Evidence based medicine and the medical curriculum. BMJ. 2008;337(sep24 3):a1253-a1253. doi:10.1136/bmj.a1253. 3. Zwolsman S, Pas te E, Hooft L, Wieringa-de Waard M, van Dijk N. Barriers to GPs' use of evidence-based medicine: a systematic review. br j gen pract. 2012;62(600):511-521. doi:10.3399/bjgp12X652382.

29 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication