32

op één lijn 59 3e uitgave 2017 In de leer Elk jaar is het weer vaste prik DOOR KOEN VAN HELMOND, DERDEJAARS AIOS Wanneer de eerste bladeren zijn gevallen, komt dezelfde vraag naar voren bij vooral de oudere patiënten in de praktijk. “Zijn ze er al, dokter?” De eerste keer dat ik met deze vraag werd geconfronteerd, was ik coassistent in Ulvenhout. Jawel, vanuit Maastricht werd ik voor dit coschap gedetacheerd naar een voorstadje van Breda. Enkele malen per week reisde ik af naar de praktijk aan het dorpsplein, waar je op woensdagmiddag niet mocht parkeren vanwege de markt. Nou ja markt….., een groentekraam, een viskraam en een busje met gegrilde kippen en gebakken aardappeltjes waar ik menig terugreis in de file goed op heb doorstaan. Maar goed, “zijn ze er al, dokter?”, zo luidde de vraag van deze dame. Zonder te weten wat deze mevrouw precies bedoelde, gingen er onbewust diverse antwoorden door mijn hoofd. Bedoelde ze misschien de gegrilde kippen? Het was toch pas woensdagochtend? Of wellicht de pepernoten die toen ook al in september in de winkel lagen? Bij navraag bleek, dat ze de griepspuit bedoelde. Die kwam ze namelijk elk jaar trouw halen, want je wist immers maar nooit wat er in de winter kon gebeuren. Ze verklapte glimlachend overigens ook, dat er nog nooit een winter voorbij was gegaan, dat ze niet de griep had gekregen, maar dat terzijde. Wat is nou precies de reden dat ik terug moet denken aan mijn coschap huisartsgeneeskunde? Welnu, de overeenkomsten tussen een Brabantse dorpspraktijk en een Sittardse stadspraktijk zijn behoorlijk treffend. Ik zal ze hieronder de revue laten passeren aan de hand van enkele korte anekdotes. Ik geef onmiddellijk toe dat er met n=2 niet bepaald een wetenschappelijk verantwoorde grondslag is voor mijn analyse, maar wellicht dat er bij u, en dan misschien vooral de meer ervaren collegae onder u, ook een blijk van herkenning is wanneer u dit leest. Patiënten zitten op de dag zelf soms al meer dan een uur voor aanvang te wachten in de hal en of wachtkamer. Waarom is mij een raadsel, want ze weten meestal toch wel dat er niet eerder begonnen gaat worden met vaccineren. Is het misschien een prestigekwestie om de eerste spuit te krijgen? Of is het gewoon een sociaal samenzijn waarbij er toevallig ook een prik gezet wordt? Ik ben zelf van plan om er volgend jaar gewoon bij te gaan zitten in de wachtkamer om erachter te komen waarom iedereen er zo op tijd bij is. 32 Patiënten zijn in de veronderstelling dat ze, nu ze er toch zijn, gelijk nog even een plekje op de huid kunnen laten zien of even de laatste lab-uitslagen kunnen navragen. Het is natuurlijk heel verleidelijk om dan snel even te zeggen dat het plekje er goedaardig uit ziet, maar toch denk ik dat het niet verstandig is. Zoals ik in mijn vorige column schreef, draait het om “kwali-tijd” voor de patiënt en die is er onvoldoende voor overige vragen tijdens de griepvaccinatie. Een middag vaccineren maakt hongerig. Het is dan ook een ideale gelegenheid om de hele praktijk mee te nemen voor een gezellig etentje. Een blijk van waardering voor al het personeel en uitermate gezellig. Ontspannen na zo’n drukke werkdag gaat probleemloos samen met een hapje en een drankje. Tot zover deze korte bloemlezing over de jaarlijkse, al dan niet herkenbare, griepspuit-periode die een hoop geregel, lichte stress en gezelligheid met zich meebrengt. Het geeft verbinding in de periode van stamppotten, autoruiten krabben, de donkere dagen voor kerst en natuurlijk aanhoudend hoesten, snotteren, verhoging, malaise en niezen. Gezondheid!

33 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication