8

op één lijn 64 2e uitgave 2019 Bruikbare Oratie Over sprookjes, Aristoteles en over diagnostiek DOOR BABETTE DOORN, REDACTIE In deze bijdrage vindt u dit keer geen selectie wetenschappelijke artikelen van Maastrichtse makelij. De reden is dat de vaste auteur van deze rubriek, Jochen Cals, op 28 juni 2019, zijn inaugurele rede hield getiteld ’Komt een test bij de huisarts’. Zijn leerstoel is ‘Effectieve Diagnostiek in de Huisartsgeneeskunde’. Een dubbel probleem: geen vaste rubriek en ‘of we even de oratie willen samenvatten’. Hoogleraren kunnen bij uitstek delegeren, zelfs Jochen Cals. Zijn oratie staat niet op papier. Zijn dia’s bevatten enkel afbeeldingen en animaties. Gelukkig is de oratie voor eenieder terug te kijken op de mediasite1 van de Universiteit Maastricht. Maar als u zich net als ik op het internet begeeft en op social media, dan kan u zijn oratie niet zijn ontgaan. Zijn oratie en boodschap gingen ‘viral’, zoals een echte infectieziekte, veroorzaakt door de drager van het virus: hijzelf. Zijn lezing begon met een sprookje, om aan te tonen dat zelfs ruim 100 jaar geleden de eerste röntgenfoto niet nodig was om de dokter gerust te stellen, maar de patiënt. Het beste diagnosticum is immers de dokter zelf. Maar soms ook de patiënt, liet Cals weten. Denk bijvoorbeeld aan terugkerende urineweginfecties bij vrouwen. Diagnostiek heeft communicatieve waarde en beslissen over hoe daarmee om te gaan, doe je samen met de patiënt. Er is vaak sprake van overdiagnostiek, van ‘effe diagnostiek’ in plaats van ‘effectieve diagnostiek’. ‘De kunst van het nee zeggen’ wordt steeds belangrijker en daarmee ook het omgaan met onzekerheid. Cals legde uit hoe een huisarts dagelijks te werk gaat in zijn of haar spreekkamer. ‘Listen to your patient, he is telling you the diagnosis’ (Sir William Osler) In de verfijningsfase van het diagnose stellen, is uitsluiten een belangrijk onderdeel. Tijd (‘beloop’) is ook belangrijk een diagnosticum voor de huisarts. Aanvullende testen kunnen ook een rol spelen, en daar gaat zijn leerstoel ook over. 1 https://mediasite.maastrichtuniversity.nl/Mediasite/Play/ ba1bf5e2d739466f9bc90eb7683d21ed1d Huisartsen hebben de laatste jaren veel meer toegang tot verschillende vormen van diagnostiek gekregen. Sneltesten, ook wel point-of-care testen genoemd, zijn enorm in opkomst. Echter, er is maar weinig goed onderzoek naar die testen gedaan, naar patiëntuitkomsten wordt amper gekeken en naar kosteneffectiviteit al evenmin. Maastricht doet dat wel, getuige het onderzoek naar de CRP-sneltest. Het proces van goed onderzoek doen tot en met de invoering in de spreekkamer, duurt 10 jaar. De komende vijf jaren gaan Cals en zijn team zich focussen op acute aandoeningen, want huisartsen willen juist die sneltesten gebruiken bij hun beleid. Infectieziekten en acute cardiale en pulmonale aandoeningen zijn speerpunten omdat huisartsen daarmee worstelen. Pijn op de borst is zo’n voorbeeld. De belangrijke zeeffunctie van de huisarts waarover André Knottnerus in 1987 al publiceerde in H&W, werd bevestigd door het cum laude proefschrift van Robert Willemsen in 2018 (‘de goede patiënten doorsturen en de goede patiënten thuishouden’ zei Cals). Ook de invloed van diagnostiek op de behandelstrategie zit in zijn onderzoekslijn. Bekend voorbeeld is het onderzoek van huisarts Ramon Ottenheijm naar echografie bij schouderklachten. De rol van de huisarts en de patiënt dienen ook bij onderzoek betrokken te worden. ‘Daar waar diagnostiek royaal beschikbaar is, ligt overmatige diagnostiek ook op de loer’, zei Cals vervolgens. Hij citeerde het artikel Wetenschap uit Trouw van 15 juni 2019 getiteld ‘Baat het niet, dan schaadt het mogelijk wel’. Je vindt bij veel mensen altijd wel wat en als je wat vindt, dan moet je daar vervolgens wat mee. Misschien had je dat liever niet 8

9 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication