6

op één lijn 70 1 e uitgave 2022 Een nieuwe crisis Noodzorg voor vluchtelingen DOOR JEROEN SMEETS, HUISARTSREDACTIELID Ergens op een woensdag in april werd het crisisteam van RHZ/ZIO gebeld dat er de volgende dag tot 400 vluchtelingen uit Oekraïne in het MECC gehuisvest werden. Met net twee jaar COVID achter de rug en ook nog een watersnoodramp, was het crisisteam dus nog volledig operationeel.1 Binnen een dag was er een medische ruimte ingericht. En, niet geheel onbelangrijk, ook dokters om daar spreekuur te doen. De voorwacht was het Rode Kruis, grotendeels vrijwilligers. De eerste dagen waren er enkele tientallen mensen. Zij waren vaak 10 dagen onderweg geweest, 4 dagen door Oekraïne, 4 dagen aan de grens en daarna nog 2 dagen reizen tot ze in Nederland waren. We liepen meteen tegen problemen aan: veel mensen hadden, begrijpelijkerwijs, geen medicatie mee, of hadden medicatie nodig die hier niet als zodanig verkrijgbaar is. De hulpvragen waren erg divers. Ik zag een koppel waarvan de vrouw 38 weken zwanger was met vragen over de zorg voor hun ongeboren kind, en voor straks na de bevalling. Vragen over benzodiazepines, die in Oekraïne kennelijk veel meer ingezet worden. Een buikgriepepidemietje onder de vluchtelingen kon de GGD gelukkig snel de kop indrukken samen met wat loperamide en ORS van ons. Tolken waren binnen enkele dagen geregeld, zodat de spreekuren vlotter liepen. Schijnend om te zien was dat de jonge kinderen (tot een jaar of 4-5) het verblijf in het MECC ervaarden als een soort vakantie. De oudere kinderen niet, die zagen er erg bedrukt uit. Mensen verbleven enkele dagen tot een week in het MECC, waarna ze naar meer definitieve opvanglocaties gingen. Follow-up van (medische) zorgen was dus lastig. Alle mensen die wij vanuit de medische dienst zagen waren erg dankbaar voor de hulp die hen werd geboden. 1 Zie ook Op één Lijn editie 69 6 6 6

7 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication