24

op één lijn 73 2de uitgave 2023 Dit heeft onder andere al geleid tot opleving van de discussie over verplicht vaccineren op bijvoorbeeld de kinderopvang7. Hoe ver ga je als overheid om de bevolking te beschermen? Hoe ver reikt de autonomie van ouders, maar ook: hoeveel risico mag een kind lopen als gevolg van de keuze van ouders? En hoe weloverwogen is de keuze van deze ouders eigenlijk als ze overspoeld worden met desinformatie op sociale media? Hoe eerlijk is het dat ‘kritische prikkers’ meeliften op de groepsimmuniteit in Nederland? Wat doet een zekere dwang vanuit de overheid op deze toch al wantrouwende ouders? Maar ook: hoe eerlijk is het dat ongevaccineerde baby’s risico lopen op de kinderopvang door niet-gevaccineerde kinderen, aangezien de BMR pas met 14 maanden gezet wordt? De autonomie van ouders ten aanzien van de gezondheid van hun kind staat tegenover de veiligheid en gezondheid 7 https://www.nporadio1.nl/fragmenten/dit-is-de-dag/0cf05548-d07d43dc-be67-640cd39f3d79/2023-06-29-vaccinatiegraad-onder-de-90procent-is-het-tijd-om-prik-te-verplichten-bij-de-kinderopvang van de rest van de Nederlandse bevolking. Wat is de taak van de huisarts in deze discussie? Moeten wij een actievere rol aannemen in dit debat? Hebben wij een maatschappelijke en/of morele plicht om ouders goed te informeren? Of sterker nog: is het onze plicht om de vaccinatiegraad te verhogen? Hebben wij als vertrouwenspersoon van patiënten een belangrijke rol tegen de desinformatie? Allereerst: ken je patiënten. Wat is de vaccinatiegraad in jouw buurt en waardoor wordt die mogelijk vertekend? Welke risicogroepen zitten er in je praktijk? Wie zit er tegenover je en uit welke gemeenschap komt deze patiënt? Daar waar ongevaccineerden clusteren, is de kans op een uitbraak het grootst. Maar belangrijker nog, wees de huisarts zoals die op z’n best is: oprecht nieuwsgiering naar de mens achter de patiënt, zonder oordeel. Luister, wees alert op (onterechte) zorgen en (indien gewenst) informeer. En zoek voor de zekerheid nog eens op hoe een kind met mazelen zich presenteert. In de leer Kicken en klagen DOOR DAVÍD VAN EERD, AIOS JAAR 3 Aan het einde van een vol ochtendspreekuur, halverwege mijn zelfstandige week, stap ik in de auto. Ik heb het begrip “meer tijd voor de patiënt” weer eens te ruim genomen en ik haast me rustig richting een aantal visites. Hier diep in het Limburgse heuvelland is elke visite een avontuur. Veel van de patiënten bij wie ik op visite kom, zijn geboren vóór de Tweede Wereldoorlog en hun episodelijsten geven me regelmatig flashbacks naar de inhoudsopgave van Robbins’ Basic Pathology. Met verwondering en bewondering zie ik hoe deze patiënten vaak in hun eentje op een grote boerderij wonen, een symbiose van menselijke weerbaarheid en moderne geneeskunde. Eenmaal aangekomen blijkt het gelukkig, zoals vaak, mee te vallen en is het met inzet van echtgenoot, familie, buren of thuiszorg haalbaar om niet opgenomen te worden in een ziekenhuis of ander tijdelijk medisch verblijf. Na een hartverwarmend “Dank u, dokter” van de echtgenote, keer ik ontspannen terug naar de praktijk. Daar plof ik, na het verrichten van nog een kleine chirurgische ingreep, neer met mijn lunchtrommeltje. Bij het nemen van de eerste hap, krijg ik een spoedvisite en mag ik weer op pad. 24 Het betreft een normaal gezien heel vitale oudere man, die plots onderuit gegaan is door een infectie. Net op tijd ben ik terug voor het middagspreekuur. Ik vertel een patiënt met burn-out klachten om op zoek te gaan naar balans en om grenzen aan te geven. Ondertussen heb ik zelf al een aantal keer gezucht en geklaagd, maar tegelijkertijd is het ook wel kicken om in deze uiteenlopende situaties voor elke patiënt op zoek te gaan naar de juiste zorg. Met beperkte diagnostiek, aandacht voor de individuele situatie en de mens achter de patiënt, objectief en dichtbij tegelijk. Toch merk ik om me heen en in de media, dat het klagen het afgelopen jaar vaak de overhand gehad heeft. De protesten op het Malieveld en de berichten in de media, die mogelijk zelfs hun weerslag hadden op het aantal aanmeldingen voor de huisartsopleiding. Allemaal terechte signalen uiteraard, maar ik wil hierbij onze beroepsgroep graag ook herinneren om naast te klagen ook voldoende te kicken op wat voor een bijzonder uitdagend, spannend, ontroerend en soms knotsgek en grappig vak we eigenlijk hebben. En natuurlijk moeten we de druk op de zorg beheersbaar houden, want van zo’n dag als deze moet je er ook niet te veel hebben. Maar mag er wel af en toe hectiek blijven? Dat vind ik namelijk wel kicken, zolang ik af en toe ook een klein beetje mag klagen.

25 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication