houding, om te voorkomen dat datagedreven werken het doel wordt in plaats van het middel. De Vries: “Als dat toch gebeurt, dan moet je eigenlijk twee stappen terug doen. Welk doel wil je bereiken? En wat kost dat? En dan bedoel ik niet alleen de kosten in geld, maar ook maatschappelijke kosten en bijvoorbeeld het opofferen van vrijheden. Daar zouden we veel meer dan nu het debat over mogen voeren.” Zij en Backhuijs zien het als hun taak om de gemeenteraad hiertoe uit te dagen. De Vries noemt als voorbeeld het besluit om boa’s in haar gemeente uit te rusten met bodycams. “Boa’s die een bodycam dragen krijgen veel minder te maken met agressie, zo blijkt in andere gemeenten. Dat was voor ons de reden om ook onze boa’s met bodycams uit te rusten. De boa zet de bodycam aan als hij denkt dat er een lastige situatie is. Maar om het begin van die situatie niet te missen, moet je continu filmen. Uit het privacy assessment dat we deden, bleek dat dat een probleem is. We hebben dit opgelost door de camerabeelden continu te overschrijven. Behalve als de boa de bodycam aanzet, want dan worden de 30 seconden die daaraan voorafgingen wel bewaard. Ze kijken deze beelden vaak later terug met de betrokken inwoner en dat levert goede gesprekken op. Ik heb onze werkwijze en afwegingen in een brief aan de gemeenteraad uiteengezet. Ik hoop dat ze mij hierop gaan bevragen. Je kunt hier namelijk vanuit de politiek op verschillende manieren naar kijken, daar kun je een goede discussie over voeren.” Data-alertheid Vraagt deze tijd van digitalisering iets nieuws van burgemeesters? De Vries: “Elke burgemeester moet verbindend zijn en daadkrachtig. Dat verandert niet. Wij voegen daar in het Advies ROB over sturen met data De Raad voor het Openbaar Bestuur (ROB) pleit er in zijn advies voor om verantwoording over sturen met data beter te organiseren. Publieke verantwoording zou dan vooral in het teken moeten staan van het maatschappelijke en het politieke debat over de dilemma’s die datasturing met zich meebrengt. Op die manier creëert verantwoording ruimte om te reflecteren op de praktijk van datasturing en te leren van fouten. Zodat vervolgens kaders gesteld kunnen worden voor wat we als samenleving (on)acceptabel vinden in deze i18 sturing. Die ruimte voor reflectie versterkt niet alleen het zelfcorrigerend vermogen van de (lokale) democratie en het leervermogen van het openbaar bestuur, maar maakt ook mogelijk dat volksvertegenwoordigers en bestuurders eventuele ontsporing in het proces van datasturing tijdig kunnen corrigeren en bijsturen. Het advies van de ROB over sturen met data wordt in de tweede kwartaal van 2021 gepubliceerd op de website van de ROB: www.raadopenbaarbestuur.nl. Wat je wenst vanuit je politieke overtuiging is vaak niet eens meer een discussie! advies van de ROB data-alertheid aan toe. Het is de taak van de burgemeester om de data-alertheid bij het college en de gemeenteraad te vergroten. De raad moet het gevoel krijgen dat ze gaan over de inzet van datagedreven werken en dat ze het daarover oneens kunnen zijn.” Datagedreven werken is weliswaar gebaseerd op technologie, maar de toepassing ervan is mensenwerk, benadrukken beiden. Backhuijs: “Datagestuurd werken moet een hulpmiddel zijn om vraagstukken in de samenleving op te lossen. Als het niet werkt, dan moet je er ook mee durven stoppen. Het is niet zomaar een leuke gadget, het heeft een maatschappelijk doel.”
83 Online Touch Home