is de stap over de drempel slechts een onderdeel van het proces. Uiteindelijk wil je zaken met elkaar doen. De echte waarde zit in gegevensuitwisseling, zoals het kunnen ondertekenen van een digitaal contract.” Volgens de visie kunnen burgers in de toekomst zelf geverifieerde gegevens delen met partijen die ze vertrouwen. De overheid werkt voor dit doel aan een gezaghebbende bron: de digitale bronidentiteit. Dit is een digitale versie van de identiteitsgegevens die de overheid van burgers heeft geregistreerd. Burgers zelf krijgen de beschikking over hun gegevens via toegelaten identiteitsmiddelen. Ze gebruiken dus niet zozeer de digitale bronidentiteit, maar afgeleide identiteiten. Deze toegelaten middelen gebruiken de digitale bronidentiteit om hun De overheid heeft de plicht om mensen te informeren bij misbruik betrouwbaarheid te baseren op de ‘gezaghebbende bron’ van de overheid. “Vergelijk het met een paspoort”, verduidelijkt Welling. “Je paspoort is het meest gezaghebbende identiteitsbewijs, maar je neemt het meestal niet mee naar de winkel om jezelf te identificeren. Op basis van je paspoort ontvang je afgeleide middelen, zoals bank- en verzekeringspasjes.” Welke partijen digitale afgeleide identiteiten mogen uitgeven en wie hier toezicht op houdt, wordt uitgewerkt. Er zullen uiteraard toelatingseisen aan verbonden zijn. Hoge verwachtingen Dat Van der Veen en Welling opgetogen zijn over deze stap, heeft alles te maken met de verwachtingen die bestaan over de digitale bronidentiteit en de bijbehorende infrastructuur. “Door i34
99 Online Touch Home