85

Vaher ziet door de schaarste en de grote vraag overheids-ICT steeds duurder worden. En dat heeft grote gevolgen: voor het eerst werden onlangs projecten tijdelijk stilgelegd. “En dat komt met name door de invloed van de coronapandemie. Alle ICT’ers kunnen nu vanuit huis aan de slag en zijn beschikbaar geworden voor de gehele Europese en wereldmarkt. De prijs die nu betaald wordt voor ICT is misschien wel twee keer zo hoog geworden in anderhalf jaar tijd. Partijen die wij vorig jaar inhuurden, vragen nu het dubbele. Het is een gevolg van de compleet verstoorde banenmarkt.” Vaher noemt een voorbeeld. Hij zoekt ieder jaar naar nieuwe mensen die hem als CTO kunnen ondersteunen bij zijn rol bij het ministerie. “Twee jaar geleden meldde zich een handjevol mensen. Vorig jaar waren dat er nog drie. En dit jaar? Niemand meer, terwijl wij een prima salaris bieden. De realiteit is dat zelfs lager gekwalificeerde mensen 5.000 tot 10.000 euro kunnen verdienen en dat wij niet eens de helft betalen.” ICT is een steeds grotere kostenpost geworden die inmiddels niet meer te betalen is voor Estland. Veelzeggend is dat zelfs de veelgeroemde Marten Kaevats moest vertrekken. Kaevats was tot september 2021 zo’n zes jaar lang nationaal adviseur digitalisering. De officiële reden: een bezuiniging. En met hem vertrokken nog veel meer ambtenaren. Kort na zijn ontslag schreef Kaevats op sociale media dat hij zich in zeer grote mate zorgen maakt over de gezondheid van de ‘digitale staat’ die volgens hem al jaren zwaar ondergefinancierd is. Er zou een gat zijn ontstaan van zo’n 50 miljoen euro. "Het moet duidelijk zijn dat de overgrote meerderheid van onze digitale capaciteiten zijn gebouwd met geld van de Europese Unie. Met dit geld kan een huis worden gebouwd, maar er is niet genoeg geld voor verwarming, elektriciteit en water, dus capaciteitsbehoud, salarissen van mensen en andere bedrijfskosten.” Met andere landen Estland is inmiddels naarstig op zoek naar oplossingen voor de steeds duurder wordende ICT. Op korte termijn zijn die er niet. Vaher hoopt dat men in het onderwijs een been bij kan trekken, zodat de situatie in de toekomst herstelt. Ook Kaevats ziet dat de zoektocht naar ICT’ers steeds moeilijker wordt. “We hebben een booming ICT-sector in ons land, maar er zijn maar weinig mensen die nog ‘betekenisvol’ werk willen doen. Estlands heeft een digitale missie en de overheid brengt het land verder, daar kunnen ICT’ers deel van uitmaken. De grote hindernis blijft helaas dat je de salarissen met het bedrijfsleven niet meer kan vergelijken.” Estland heeft met 1,3 miljoen mensen maar weinig inwoners. Volgens Kaevats is er ‘massa’ nodig om ICT betaalbaar te houden. Een samenwerking met andere landen op gebied van ICT-architectuur en applicaties is wat hem betreft de enige manier om de ICT betaalbaar te houden. Ook Numa ziet de enorme uitdaging van het tekort aan ICT’ers. Om nog beter te worden in digitalisering, kijkt Estland nu vooral naar buiten en wil het zijn lessen delen. Samenwerken is nodig om digitalisering in de toekomst op hoog niveau te houden. “En wij hebben nog geen antwoord op het tekort aan ICT’ers. Dat is onze grootste hindernis voor de komende jaren. De enige manier is om dit op allerlei fronten te promoten en jongeren enthousiast te maken voor ICT. Dit doen wij nu zelfs al op de kleuterschool.” Nummer 42, april 2022 85 Al op de kleuterschool worden kinderen, zoals in Narva, enthousiast gemaakt voor ICT. beeld: jevgenia minova ICT is een steeds grotere kostenpost geworden die inmiddels niet meer te betalen is voor Estland

86 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication