8

van het BIT. Daarna leidde ik project vAKWerk van de SVB voor de Kinderbijslag, dat kreeg juist een heel positief onthaal. Beide ervaringen bieden voordeel in de CIO-overleggen waarin ik zit, ik ken de worstelingen.” Hoe kwam dat eerste snoeiharde advies aan? “Ik kwam uit de financiële wereld en was nieuw bij de overheid. Het BIT had wel gelijk, maar het ergste vond ik het politieke gevolg van dat openbare advies: politici grepen het aan voor kritiek op de hele PGB-uitvoering. Die moest de SVB uit handen worden genomen vond de oppositie.” Ontvangers van jullie concepten schrikken zich een hoedje en uiten kritiek. Past de AcICT concept-rapporten op verzoek aan, en soms om politieke redenen? “Ja, niet zelden schrikken ze flink van de concepten die wij toesturen vóór publicatie. Natuurlijk vragen opdrachtgevers, meestal DG’s of plaatsvervangers, om conclusies af te zwakken. Of ten minste de formuleringen te verzachten. Dan ga je in overleg of er valide argumenten zijn voor aanpassing. Die doen we alleen op feitelijke onjuistheden. We gaan al om de tafel vóór de eerste bevindingen; dat vinden betrokkenen vaak al behoorlijk zwaar ook al erkennen ze de problemen. Ze zijn bang voor de openbaarheid en de politieke gevolgen; en dat de oplossingen veel geld zullen kosten. Dan moeten ze een hoger budget gaan vragen.” Nog steeds ‘BIT-angst’? “Ja, en dat is jammer, want we vergezellen de scherpe adviezen altijd van suggesties voor verbetering. Dat wordt niet altijd zo opgepakt, zeker niet door de politiek en de media. Vanmorgen nog bespraken we een conceptadvies dat de opmerking ontlokte: ‘Als De Telegraaf dit maar niet negatief gaat oppikken.’ Dan wordt er op voorhand om aanpassingen gevraagd. Als we daaraan beginnen, is het einde zoek. Als je de toonzetting verandert, zwak je een advies af. Doe er je voordeel maar mee dat we het zo scherp stellen.” Dat vindt u, maar de ontvangers zijn AcICT liever kwijt dan rijk? “Dat is echt aan het veranderen. Met één DG heb ik nu regelmatig overleg en die zegt letterlijk: ‘Adviseer zo scherp mogelijk’, want die ziet de voordelen ervan. Bij Binnenlandse Zaken noemen ons nu ‘een kritische vriend’. Wellicht is dit ook wat sarcastisch bedoeld, maar ik zou willen dat ze ons daadwerkelijk als die kritische vriend zien; dat we hen de helpende hand bieden. Als een project uit de klauwen loopt, kan ons 8 tegenkomt? De plaatsvervangend SG van Financiën, vroeg om diepgaand overleg. We hebben nu met de leiding van de Belastingdienst elke drie maanden vrijblijvend overleg voor kennisdeling. Met 35 jaar praktijkervaring kan ik helpen. Ook bij Justitie komt zo’n gesprek op gang. Maar we ontmoeten ook opdrachtgevers en projectmanagers die gaan ‘terugmanagen’ en in de verzetsstand gaan. Ik vind het heel belangrijk om die trend van kritische vriend, onafhankelijk maar met een wil tot dialoog, vast te houden en te zorgen dat ze ons zo zien.” Is er nog licht aan het einde van de tunnel bij de Belastingdienst? “We zien een rode draad van problemen in de hele ICT bij de overheid. Projecten zijn vaak te groot, te complex en te veel gecentraliseerd. De uitvoering van het systeem voor de Omgevingswet is enorm complex geworden, want alle aanvragen - van heel groot tot aan de dakkapel - moeten via één systeem. Dat is vragen om problemen. advies ook ondersteunen om meer geld te vragen om de zaak weer op de rit te krijgen.” Problemen met ICT-projecten stapelen zich op, zoals bij de Belastingdienst. Wat kunt u doen? “We hebben drie rapporten van projecten gemaakt en komen dezelfde patronen tegen. Dan is de vraag: hoe voorkom je een vierde en vijfde keer dat je dezelfde struikelblokken Als je de toonzetting verandert, zwak je een advies af. Doe er je voordeel maar mee dat we het zo scherp stellen

9 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication