65

menlijke visie op de digitale inrichting van inkoopprocessen, legt hij uit. Dat heeft vooral te maken met het feit dat het inkoopproces opgeknipt is in drie zogenoemde ‘domeinen’, verdeeld over drie ministeries met ieder eigen stelsels: het aanbestedingsdomein zit bij EZK, het inkoopdomein bij BZK en het financiële domein bij Financiën. Pas als de winnaar van een aanbesteding bekend is, neemt het inkoopdomein het over van het aanbestedingsdomein. BZK gaat dan over ‘de order tot aan de factuur’. Daarna pakt het financiële domein het over. Dit heeft er ook toe geleid dat binnen de domeinen verschillende definities van data bestaan en bijvoorbeeld ook andere opvattingen over het openbaar maken van data. Standaardisatie Binnen het inkoopdomein vindt wel de nodige standaardisatie plaats. Zo werkte De Jager mee aan het beleid dat heeft geleid tot de implementatie van Peppol, een internationale open standaard voor de digitale uitwisseling van inkoopgegevens, zoals facturen en orders. Deze standaard introduceert de rijksoverheid als grote inkoper momenteel ook bij andere overheden, waterschappen, administratiekantoren, accountants en bedrijven. “Maar eigenlijk moet je het hele inkoopproces, van aanbesteding tot facturering tot uitbetaling, als één traject organiseren. Wil de rijksoverheid de voordelen van technologie maximaal kunnen benutten, zal er toch echt aan een ontschotting van de domeinen gewerkt moeten worden. Dat vereist dat ambtenaren van verschillende domeinen nauw met elkaar in verbinding staan.” Maar ja, polderen zit in onze genen. En dat werkt niet bij digitalisering, constateert De Jager. “Digitalisering gedijt bij het maken van binaire keuzes. Kies je voor open standaarden of niet? Ga je met Digipoort aan de slag of niet? Te vaak nog is er bij de overheid iemand Erik Vermeulen: “Als je niet al inkoopdata goed gestructureerd hebt, kan je er ook geen algoritme of een machine learning op loslaten” iBestuur 51, juli 2024 65

66 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication