Een groen Spoorbeeld Reizen draagt in belangrijke mate bij aan de Nederlandse CO2-uitstoot. Natuurlijk maakt het een groot verschil welk vervoersmiddel je (dagelijks) kiest. Fietsen en lopen belasten het milieu het minst. Ook de trein is een milieuvriendelijke keuze. Nagenoeg alle maatregelen en voorzieningen die je in deze keuze ondersteunen, dragen bij aan verduurzaming. Dan gaat het onder meer om de bereikbaarheid van stations, het comfort van het reizen met de trein, snelle en veilige verbindingen en een betrouwbare dienstregeling. Veel winst is te halen uit het ontwerp, de bouw/aanleg en het beheer van stations en het spoornetwerk. Daarom staat in het ontwerp- en vormgevingsbeleid van de spoorsector -Spoorbeeld-, ‘duurzaam ontwerpen’ centraal op basis van vier ruimtelijke thema’s: circulair, energieneutraal, biodivers en klimaatadaptief. Circulair Circulariteit gaat over het minimaliseren van het totale materiaalgebruik bij bouw, transformatie, onderhoud en beheer. Van belang is een maximaal hergebruik van materialen, producten, componenten en gebouwen. Het liefst gebeurt dit op een zo hoog mogelijk niveau van de circulariteitsladder: refuse, reduce, redesign, re-use, repair, refurbish, remanufacture, repurpose, recycle & recover. Circulariteit zorgt voor een beperking van de schade aan het milieu en een vermindering van de CO2uitstoot. Ook het voorkomen van waardevermindering en het maximaliseren van waarde speelt een belangrijke rol bij circulariteit. Binnen de spoorsector betekent dit bijvoorbeeld een vergroting van de waarde van het station voor de omgeving. Dit wordt ook wel regeneratie of waardecreatie genoemd. Extra bijkomstigheid is dat circulariteit innovatie stimuleert en nieuwe bedrijvigheid en werkgelegenheid aanjaagt. Circulair bouwen, transformeren, onderhouden en beheren vraagt om een andere manier van ontwerpen. Met het omarmen van circulariteit, wil de spoorsector een bijdrage leveren aan het rijksbrede programma Nederland circulair in 2050. Energieneutraal Alle recente en relevante kabinetsplannen en beleidsnota’s stellen dat het Nederlandse energiesysteem duurzaam moet worden. Dan gaat het om de productie, distributie en het verbruik van energie. Momenteel hangt een groot deel van ons energiesysteem nog samen met de winning en toepassing van eindige fos82 - Stationslocaties 2022/2023 siele brandstoffen. Het systeem zal fors op de schop moeten om de uitstoot van broeikasgassen verregaand te verminderen. Energiebesparing vormt een belangrijke bouw steen in de transitie. Maar met louter besparing redden we het niet. Het gebruik van fossiele brandstoffen moet stevig terug worden gebracht. Dat betekent dat we veel meer energie moeten halen uit hernieuwbare bronnen, in het bijzonder uit wind en zon. Het is de ambitie van NS en ProRail om voor 2030 energieneutraal te zijn. Dat wil zeggen dat er per jaar net zoveel energie duurzaam wordt opgewekt als dat er gebruikt wordt. Voor de komende jaren betekent dit een enorme opgave. Deze werkt ook ruimtelijk door. Vanuit het Spoorbeeld is volle aandacht voor deze nieuwe ontwerpopgave. Bureau Spoorbouwmeester onderzoekt de ruimtelijke gevolgen en de betekenis van de energietransitie. Ook ontwikkelen zij met de spoorpartijen concrete visies en kaders voor toepassing in de wereld van het spoor. Biodivers Met het oog op het behoud en het versterken van de Nederlandse biodiversiteit wil de overheid natuurgebieden (beter) beschermen en onderling verbinden. Uitgangspunt vormt de Uitvoeringsagenda Natuurlijk Kapitaal. Hierin worden op nationaal niveau de internationale biodiversiteitsafspraken concreet gemaakt. Het Nationaal Natuurnetwerk vormt de ruimtelijke ruggengraat van de Nederlandse biodiversiteit. Op basis van Europese en nationale wet- en regelgeving worden de natuurwaarden beschermd. Provincies verankeren de zorg voor de natuur in hun omgevingsbeleid. Ook Landschapsplan voor het Spoor I HANDBOEK - Beplanting in het reisdomein van het station Landschapsplan voor het Spoor || HANDBOEK – Beplanting in de Stationsomgeving November 2021 Landschapsplan voor het Spoor ||| HANDBOEK – Begroeiing in de Spoorberm November 2021 maken zij plannen voor de uitbreiding van natuurgebieden tot grotere eenheden. Het spoor is in twee opzichten relevant voor de Nederlandse biodiversiteit. Allereerst vormt het spoor een bijzonder biotoop voor allerlei wilde planten en dieren. Zij kunnen zich goed handhaven in de vaak soortenrijke bermen langs het spoor. Ook gebruiken zij de bermen om zich te verplaatsen. Tegelijkertijd doorsnijden spoorlijnen soms ook natuurgebieden. Hierdoor ontstaan barrières: de verbinding tussen de ene en de andere kant van het spoor wordt bemoeilijkt. Op basis van het Meerjarenprogramma Ontsnip pering is de afgelopen jaren al flink geïnvesteerd in de bouw van ecoducten en faunapassages. Zij makende uitwisseling van grotere en kleinere wilde dieren mogelijk tussen gebieden die door grote infrastructuur worden doorsneden. Daarnaast staat inmiddels ook het spoor zelf als biotoop op de agenda van ProRail. Hoe kan het spoorbermbeheer natuurinclusief – dat wil zeggen op basis van de landschappelijke en ecologische macro-zonering van ons land – worden verbeterd? Klimaatadaptief Het klimaat verandert. Nederland krijgt te maken met grotere extremen: hogere temperaturen, een sneller stijgende zeespiegel, nattere winters en drogere zomers. Klimaatadaptatie is opgenomen in de spelregels rond verduurzaming van het Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT). Dit zorgt dat bij nieuwe infrastructurele projecten klimaatadaptatie afgewogen en/of meegenomen wordt. Ook stationsgebieden kunnen klimaatadaptief ingericht worden. Ze kunnen bijvoorbeeld regenwater vasthouden en/ of vertraagd afvoeren. Meer groen kan zorgen voor verkoeling en een schonere lucht. <<
83 Online Touch Home