16

In het onderzoek zijn naar aanleiding van de probleemstelling verschillende antwoorden verzameld. Deze antwoorden, die de vraagstelling van het onderzoek beantwoorden, staan uitgebreid beschreven in hoofdstuk 5 van het onderzoeksrapport. In deze paragraaf wordt slechts een samenvatting van deze antwoorden weergegeven. Voor het beantwoorden van deze deelvragen is in de eerste fase een theoretisch kader geschetst met relevante informatie over theater in relatie tot mensen met een lichte tot matige verstandelijke beperking en de ontwikkelingsgebieden die daardoor gestimuleerd worden (Onderzoeksrapport, hoofdstuk 3). De informatie uit deze literatuurstudie is gebruikt als basis voor de interviews die gehouden zijn met deskundigen, betrokken zijn bij een theatergroep voor mensen met een verstandelijke beperking. Binnen deze interviews zijn aannames uit het literatuuronderzoek vergeleken met de meningen en ervaringen van beroepskrachten en acteurs. 2.1 Deelvraag 1 Welke resultaten zien beroepskrachten binnen een theatergroep voor mensen met een verstandelijke beperking in de ontwikkeling van haar acteurs? Beroepskrachten ervaren een grote vooruitgang op het gebied van samenspel, sociale vaardigheden, uitdrukkingsmogelijkheden, zelfbewustwording en zelfwaardering. Zij zien de theatrale setting als oefenwereld, waarin acteurs de mogelijkheid krijgen om dingen uit te proberen en te ervaren. Zij kunnen beter overweg met sociale structuren e.d. IK BEN ACTEUR, Over de invloed van theater op mensen met een verstandelijke beperking 16

17 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication