4

Elia in de woestijn 1 Koningen 19 vers 1-7 De gebeurtenissen op de Karmel moeten indrukwekkend zijn geweest. Elia staat daar door de genade van God als een profeet des HEEREN, tegenover vierhonderdvijftig Baälpriesters. Priesters die tot het uiterste gaan om hun god in beweging te krijgen. Tegenover de God van Abraham, Izak en Jakob, Die met het vuur des HEEREN het complete altaar verteert. Als vervolgens op het aanhoudende gebed de hemel zwart wordt en de regen komt, rent Elia in Gods kracht voor de wagen van koning Achab uit naar Jizreël, waar het paleis van Achab staat. Elia moet het allemaal heel intens hebben beleefd. Wat een confrontatie tussen God en de afgoden! Wat een inspanning moet het de profeet gekost hebben! Moedeloze man En dan komt de doodsbedreiging van Izébel. Ze heeft van Achab gehoord dat Elía de Baälpriesters heeft gedood. Elia wordt vogelvrij verklaard. Hij schrikt daar zo van, dat hij de woestijn in vlucht. We zien nu ineens een heel andere Elia. Dezelfde man die het in zijn eentje opnam tegen vierhonderdvijftig priesters, is nu een moedeloze, krachteloze, depressieve man geworden. Onder een bremstruik. We horen hem zeggen: Het is genoeg; neem nu, HEERE, mijn ziel, want ik ben niet beter dan mijn vaderen. Zijn voorvaderen zijn al gestorven, waarom verdient Elia het dan nog te leven? Alles lijkt mislukt te zijn. Wat heeft zijn strijden en zijn bidden voor zin gehad? Wat heeft het opgeleverd dat er zo lang geen dauw en regen is gevallen? Wat heeft het voor zin gehad dat de hemel werd geopend en er een overvloedige regen viel? Izébel is nog oppermachtig en bedreigt hem nu met de dood. Teleurgesteld Hoe komt het dat Elia geestelijk inzinkt? Hij zal lichamelijk uitgeput zijn geweest. De inspanningen op de Karmel, zijn rennen in de stromende regen voor de wagen van koning Achab, zijn tocht naar Berséba en door de woestijn, het zal allemaal veel energie hebben gevraagd. Maar Elia is niet alleen lichamelijk opgebrand. Hij is ook geestelijk uitgeput. We lezen in 1 Koningen 19 vers 3: Toen hij dat zag… Er staat niet: ‘Toen hij dat hoorde’… Elia hóórt het niet alleen, maar hij ziet het als het ware voor zich, die furieuze Izébel die niets liever wil dan de dood van de profeet. Als hij daarop ziet, verliest hij het zicht op God. Hij is moe van 4 BIJBELSTUDIE

5 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication