in de knel. En wie geen baan heeft, lijkt niet mee te tellen. Zelfs een deeltijdbaan voldoet niet aan de maatschappelijke eis. Daarnaast zijn ook vrijetijdsbesteding en zingeving steeds belangrijker geworden. In het verleden werden mensen overspannen door hun veeleisende baan, nu worden ze bedreigd door stress en burn-out vanwege hun zoektocht naar een bijzondere levensinvulling. Bij al deze activiteiten hebben we meer en meer de neiging onszelf en elkaar de maat te nemen, een vermoeiende concurrentieslag die ons levensgeluk bedreigt. Ooit streefden we naar een welvaartsstaat voor iedereen. In plaats daarvan zijn we terechtgekomen in een competitiemaatschappij waarin mensen moeten vechten voor hun bestaan. Als 66-jarige heb ik uitgebreid meegemaakt hoe onze samenleving zich ontwikkelde van welvaartsstaat tot competitiemaatschappij. Een groot deel van mijn leven werkte ik in het hbo-onderwijs. Had ik in een andere sector gewerkt, bijvoorbeeld in de zorg, dan had ik vermoedelijk gelijksoortige ervaringen opgedaan. Ook daar hebben de ontwikkelingen in de afgelopen decennia afbreuk gedaan aan kwaliteit en werkplezier. Wanneer ik om me heen kijk, word ik ook niet vrolijk. De overheid lijkt zich op te stellen als vijand van de burgers en grote groepen in de samenleving verliezen het uitzicht op een beter bestaan. De vraag waar het nu werkelijk om gaat in het leven werd voor mij steeds dringender. Ook werd het gevoel dat we er in de loop van de tijd niet gelukkiger op zijn geworden steeds nijpender. Hoe zijn we terechtgekomen in een samenleving die zoveel van ons eist? 16
17 Online Touch Home