23

Vader vroeg: "Kent u de Zuidema’s van barak 10? Weet u iets van mijn vrouw?" Na even nadenken: "Bedoelt u die van dat grote gezin? Die is overleden." Met die informatie heeft vader een aantal maanden rondgelopen. Er was bij een enkeling ook hoop - tegen beter weten in - als het gerucht was binnengekomen dat de echtgenoot was overleden. Zolang dat niet definitief is vastgesteld, blijft er een sprankje hoop op leven bestaan. In de belevingen van de kampmensen zat elke dag ook het vurig verlangen naar een betere toekomst en voor velen een verwachting over het leven na dit leven. Het “hiernamaals” leek soms niet ver weg. De geestelijke liederen die wij dagelijks zongen, sloten frappant aan bij onze actualiteit en gaven levenskracht. Zo’n lied was bijvoorbeeld: Als je in nood gezeten geen uitkomst ziet wil dan nooit vergeten, God verlaat je niet. De Bevrijding Op een dag werden we opgeroepen voor een bijeenkomst op het Lido, de grote verzamelplaats van het kamp. Er was geen appèl. Dat was iets bijzonders, er hing iets in de lucht, dat voelden we. De dag tevoren was aangekondigd dat onze rantsoenen zouden worden verdubbeld. Dat was verheugend nieuws, een grote verbetering van onze nijpende situatie. Er gingen zoals altijd geruchten over de oorlog, nu ook weer. Maar meestal bleken ze niet waar en dan volgde een teleurstelling. Dat was al zo vaak gebeurd. Dat de bevrijding misschien wel dichtbij was, durfden we niet openlijk uit te spreken of hardop te denken, bang dat het wéér niet waar zou zijn en dat we dan wéér een teleurstelling zouden moeten verwerken. Het optimisme van zeven maanden eerder, toen het vliegtuig ons verrast had, was al lang verdwenen. Na de hoopgevende overkomst van het vliegtuig 108

24 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication