61

Dini Koning: Geboortetegel Ik ben nog niet zo lang geleden begonnen met borduren. Iedereen zei altijd dat ik het toch niet kon. ‘Ga jij maar breien,’ zeiden ze dan, ‘of haken’, óók al zoiets… Dat vond ik niet leuk. Ik kan ’t wel, maar ik vind het niks. Ons moeder was linkshandig en die zei dat ze het me niet kon leren. Want ja, dat zit allemaal net tegen de draad in. Onze moeder heeft alle kinderen een schilderij meegegeven dat ze zelf geborduurd had. Voor mij heeft ze een lezende vrouw gemaakt met een lange jurk uit de achttiende eeuw, mijn broer kreeg een soort stoere zeeman. Ik ben van het lezen, daar hield ze rekening mee. Zo heeft ze voor ieder van ons gedaan wat ze dacht dat moest. Deze geboortetegel heb ik voor mijn zoon gemaakt. Hij was toen al 33. Ik heb altijd het gevoel gehad dat ik er een voor hem moest maken. Hij hangt bij mij in de kamer. In het midden staat de schouw, aan de ene muur hangt de lap van mijn zilveren bruiloft en aan de andere muur hangt deze geboortetegel. Mijn zoon vindt hem prachtig, maar ik heb meteen gezegd: ‘Ik hang hem hier op, en je mag hem pas meenemen als ik dood ben.’ Hij vindt dat ik daar nog maar even mee moet wachten; dat ben ik ook zeker wel van plan. Tekst: Rianne Brinkman Foto: Ina Dijstelbloem

62 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication