7

Kitty Schaap De Keukenprinses E r was er eens een stokoude koning die geen zonen had. Hoe de onfortuinlijke vorst het ook probeerde, het lukte hem maar niet om een troonopvolger te verwekken, en de tijd drong. Slechts één prinses was het schamele resultaat. Weliswaar was het meisje beeldschoon, maar ze had een gebrek: ze was dom en blond, en ze wilde alleen maar koken. Van de vroege ochtend tot de late avond was ze in de paleiskeuken in de weer met pureeknijper, groentemandoline en knoflookpers. In een laatste poging de dynastie te redden besloot de koning dan maar de Keukenprinses – want zo werd zij in de volksmond genoemd – uit te huwelijken. Maar hij had buiten de wil van zijn dochter gerekend. ‘Ach vadertje,’ sprak het meisje, ‘waarom doet u het niet zelf? Ik ben niet in mannen geïnteresseerd. Liever ga ik naar bed met een fijn kookboek.’ Haar vader zag in dat de situatie hopeloos was, doch hij wilde nog een poging wagen om het koninkrijk te redden, en schreef een kookwedstrijd voor prinsen uit. Wie de prinses wist te verleiden met zijn kookkunsten of anderszins, mocht haar huwen. Met grote tegenzin stemde de Keukenprinses toe. De dag van de wedstrijd reden er al vroeg tientallen koelwagens het paleisplein op, en spoedig waren al de voorraadkamers tot de nok gevuld met reebiefstuk, parmaham, truffels, levende kreeften, zuiglam uit Baambrugge en vers geplukte zeekraal. Tot grote ergernis van de prinses bevolkten tientallen prinsen met gestreepte schorten de paleiskeuken. Ze klopten en roerden, bardeerden het vlees en flambeerden dat het een lieve lust was. De prinses proefde hier en daar wat, om het subiet weer uit te spuwen. ‘Deze saus is geschift,’ riep ze, ‘en de maker ook. In de groencontainer met hem! Kneuzen zijn jullie, allemaal.’ Toen ontdekte ze tot haar verbazing een vrouwtje van middelbare leeftijd met een gebloemd schort voor. ‘Ik kook andijvie met een sausje, majesteit. Afgewerkt met een kruimig aardappeltje en gehaktballen in vette jus.’ Dat was heel wat beter dan die liflafjes van de prinsen. ‘Met jou wil ik trouwen,’ riep de Keukenprinses. ‘Niets daarvan’, riep de koning, die de bui al zag hangen. ‘Ik trouw met haar.’ En zo geschiedde. De koning trouwde met de kokkin, die Riet bleek te heten, en ze vierden zeven dagen feest met voor alle onderdanen doorlopend gratis andijviestamppot. Negen maanden later kwam er ten paleize uit een krop andijvie een zoon, die zou opgroeien voor galg en rad... De prinses begon een restaurant en werd wereldberoemd. 5

8 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication