8

Nadat we voor mijn gevoel een eeuwigheid hadden rondgetoerd, stonden we abrupt stil voor een paar rustieke, majestueuze eiken. Ik zag dat de grond eromheen omgewoeld was. Waar diende dit voor? vroeg ik mij af. Voor ik goed en wel in de gaten had wat er gebeurde, hadden de mannen mij al van de wagen gelicht. Ze zetten mij tegen een van de bomen. Een man met een zware stem, duidelijk gewend de lakens uit te delen, gaf twee andere mannen opdracht een machine op te starten, wat een onheilspellend geluid teweegbracht. ʻHet ijzer moet gelijkmatig gebogen wordenʼ, baste hij. De mannen namen mij in een stevige houdgreep. Er werden buizen door mijn balken gestoken en tangen aan mij bevestigd, met staalkabels werd ik omhoog gehesen, ik kon geen kant op. Vervolgens lieten ze me zakken tot voor de opening van de machine. De hitte golfde me tegemoet. Terwijl ik mijn tanden op elkaar zette, werden mijn balken langzaam opgerekt. Ik moet even weggeraakt zijn, want ik kwam tot bewustzijn door een onophoudelijk gekriebel onder mijn oksels. Het was een vreemde gewaarwording. Normaliter zou de kriebel heen en weer gaan tussen mijn twee uiteinden, nu constateerde ik dat de kriebel aan een tocht begonnen was waarvan het eind niet in zicht kwam. Ik begreep het pas toen ik zag dat mijn uiteinden aan elkaar bevestigd waren: ik was niet recht meer maar rond. Om mij heen waren alle bomen beschermd door eenzelfde hek als ik nu was.

9 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication