26

Gehaktdag Het is woensdag, gehaktdag, en ik ben dood. Lekker is dat, denk ik nog, om op zo’n dag te overlijden. Gelukkig heb ik niet geleden, die morfine is echt een uitkomst. En nu? Wat gaat er nu gebeuren? Ik heb nog geen licht gezien, geen tunnel, geen wenkende man bij een hemelpoort. Wel is het hier erg stil. Geen verkeer, geen gepraat, geen wind – Nee, toch wind. Die voel ik opeens onder me. Ik lig op de lucht, ik zweef, ik lijk wel te vliegen. Sterker nog, ik vlieg! ‘Ik ben niet gek, ik ben een vliegtuig’, tjilp ik. Verdomd, het moet niet gekker worden! Ik tjilp. Vroeger als mens was ik niet zo’n goede fluiter, maar zoals ik mezelf nu hoor, ben ik best goed. ‘Hé Pavarotti, hou daar eens even mee op!’ Een iets te dikke merel kijkt me boos aan. ‘Ik ben nieuw hier’, tjilp ik bedeesd. ‘Dat is helemaal niet erg, maar hou dan wel je snavel.’ Ik knik en vlieg maar even naar een andere boom. Een Catalpa. Zo een had ik ook in mijn tuin. Je

27 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication