Toen Tom aan het begin van de avond de trap van zijn huis op liep, de stofzuiger in zijn ene hand en de slang met de onmogelijk onhandige stang in de andere door het trapgat manoeuvrerend, kwam plotseling een vreemde gedachte in hem op. De zolder! ‘Dat zegt niks’, zou Johan zeggen. Zijn broer was niet alleen een bloedserieuze onderzoeker, maar ook stronteigenwijs. Alles trok hij in twijfel, iets dat Tom mateloos irriteerde. Je kon in een discussie nog niet één argument naar voren brengen, of daar kwam Johan met ‘Dat zegt niks.’ In dit geval had Tom toch het gevoel dat het wel iets zei. Hij wist alleen niet wat. En waarom. Hij draaide zijn lijf naar rechts, keek de gang van de eerste verdieping in en vervolgens naar de deur naar de zolder. Die stond open. Hij zette de stofzuiger neer en liep langzaam naar de deur. Hij voelde zich een toekomstig slachtoffer in een horrorfilm. Hoor je de staccato violen al, Tom? Tsjing tsjing tsjing…
76 Online Touch Home