Voor het kwantificeren van de oversterfte in 2020 en 2021 zijn slechts twee jaar aan gegevens beschikbaar. Daarom hebben we eerst een model met data op weekbasis gebruikt. Vervolgens zijn de uitkomsten op weekniveau voor zowel mannen als vrouwen via aggregatie vertaald naar jaareffecten voor mannen en vrouwen. Hoewel ook onderzocht is of het mogelijk was om de oversterfte in Europa en de Nederlandse afwijking daarvan apart te modelleren, is ervoor gekozen om alleen de oversterfte in Nederland te modelleren, omdat: - Binnen Europa de COVID-19-golven niet gelijktijdig plaatsvonden. - De maatregelen tegen COVID-19 niet overal gelijk waren, zowel ten aanzien van lockdowns als het toedienen van vaccins. - In Europa, sterftedata op weekbasis alleen voor leeftijdscohorten van 5 jaar beschikbaar zijn, terwijl in Nederland data per leeftijd beschikbaar zijn. De aparte “Oversterfte 20-21”-term is dus een additioneel element in het prognosemodel. 1.5 Welk scenario voor oversterfte is passend? Voor de prognose vanaf 2022 is aan de projectie volgens het AG2020-prognosemodel (opnieuw gekalibreerd inclusief de Europese data over 2019) een additioneel element toegevoegd: de projectie van de oversterfte gemodelleerd vanaf 2020. Omdat we hiervoor slechts twee jaar aan data beschikbaar hebben is het onzeker of het verloop van oversterfte in die twee jaar ook kenmerkend is voor het verloop in de toekomst. Er is daarom een keuze nodig voor het scenario dat wij op het moment van het schrijven van deze publicatie het meest plausibel achten. Op basis van wetenschappelijke literatuur en uitspraken door experts over COVID-194 heeft de CSO een aantal scenario’s geformuleerd. In deze scenario’s worden verwachtingen uitgesproken ten aanzien van de oversterfte. Met oversterfte wordt bedoeld: de oversterfte ten opzichte van de sterfte zoals voorspeld met het AG2020-prognosemodel (opnieuw gekalibreerd inclusief de Europese data over 2019). 1. Structureel: De oversterfte zoals geobserveerd is structureel, oftewel de sterfte in 2020 en 2021 is maatgevend voor de sterfte in de komende jaren. 2. Incidenteel: De oversterfte is incidenteel en treedt de komende jaren niet op (ook niet in 2022). De prognose zal in dat geval min of meer aansluiten op de prognoses van vóór corona. 3. Verdwijnend: De impact van COVID-19 op de sterfte zal afnemen en uiteindelijk verdwijnen. 4. Nieuwe normaal: De impact van COVID-19 op de sterfte zal afnemen, maar niet geheel verdwijnen. De oversterfte zal stabiliseren op een vast niveau. 5. Groeiend: Op de (middel-)lange termijn neemt de oversterfte toe tot boven het niveau van de oversterfte in 2020 en 2021. Deze toename zou bijvoorbeeld het 4 – Stoeldraijer, L., de Regt, S., & van Duin, C. (2021, 12 16). Retrieved from CBS - Kernprognose 2021-2070: Bevolkingsgroei trekt weer aan: https://www.cbs.nl/nl-nl/longread/statistische-trends/2021/kernprognose-2021-2070-bevolkingsgroei-trekt-weer-aan?onepage = true#c-3--Bijgestelde-veronderstellingen-en-resultaten-voor-geboorte--sterfte-en-migratie; 4 – Woolnough, K., Dr Ivanovic, B., Kramer, S., & Busenhart, J. (2007). Pandemic influenza: A 21st century model for mortality shocks. Swiss Reinsurance Company; 4 – Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid. (2021). Navigeren en anticiperen in onzekere tijden. Den Haag: KNAW pagina 16 / 80 Prognosetafel AG2022 | COVID-19 en de impact op de sterftetafel
17 Online Touch Home