22

© Ronald van Wijk Monitoring De monitoring van biodiversiteit verdient veel aandacht. Ook in de huidige situatie geldt dat de biodiversiteitsmonitoring nog aanmerkelijk kan worden verbeterd, bijvoorbeeld door een zorgvuldiger afstemming van methoden en tijdstippen door de diverse monitorende partijen. Dat geldt temeer als dit plan ten uitvoer gaat worden gebracht: uitgangspunt is immers dat de maatregelen en/of hun effecten meetbaar moeten zijn. Daarvoor is het van belang: • dat er een ‘nulmeting’ wordt gedaan of althans een uitgangssituatie wordt vastgesteld, zodat er geen discussie kan ontstaan over de gemeten effecten; • dat er in alle gebieden wordt gemeten met eenzelfde systematiek. Vanuit het landelijke Deltaplan wordt gewerkt aan stroomlijning van de monitoring; • dat die systematiek niet alleen trends meet, maar ook effecten van specifieke maatregelen. Zo kan worden bepaald wat wel en niet werkt (‘lerend beheren’) en of opschaling zinvol is. In samenspraak met de relevante partijen willen we de monitoring snel gestalte geven en in gang zetten, zeker omdat het soms jaren duurt voordat effecten meetbaar zijn. Het hoger en wetenschappelijk onderwijs in Noord-Holland kan hierin een belangrijke rol spelen. 22

23 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication