LVV 25 JAAR N a een mislukte studie Rechten in Groningen startte Vonhof in 1993 als zelfstandig glazenwasser. Inmiddels heeft hij een schoonmaakbedrijf met meer dan 3.000 werknemers. Zijn ervaring als ondernemer komt in Den Haag goed van pas. “In mijn schoonmaakbedrijf ervaar ik in de praktijk waar ik het in Den Haag in theorie over heb. Het geeft me een fijne positie, het houdt me met beide benen op de grond. Ik noem mezelf graag een omhooggevallen glazenwasser. Aan de ene kant weet ik hoe je in de praktijk stappen op de ladder kunt maken, aan de andere kant voer ik het gesprek met mensen die denken in beleid.” Wat vindt u van de stelling: de krapte op de arbeidsmarkt maakt een vertrouwenspersoon tot voorwaarde voor een bedrijf? “Daar zit zeker een kern van waarheid in. Goed werkgeverschap en een veilige, goede werkomgeving zijn in elk geval belangrijker dan ooit. Als werkgever in de schoonmaak weet ik dat als geen ander. We hebben al een hele tijd te maken met krapte. Als er schaarste heerst zul je als werkgever nog zuiniger om moeten gaan met je mensen. Je zou wel gek zijn als je niet zou zorgen voor een veilige en prettige werkomgeving, omdat mensen anders weglopen. Dat kost letterlijk geld, en als je niet oppast je bedrijf.” In de Eerste Kamer ligt sinds het voorjaar van 2024 een initiatiefwetsvoorstel om bedrijven te verplichten een vertrouwenspersoon aan te stellen. U ziet niets in die wet? “Ik ben geen voorstander van het verplicht stellen van een vertrouwenspersoon via wetgeving. Vooral voor kleinere bedrijven, die vaak maar één tot tien medewerkers hebben, kan dit onnodig ingewikkeld en kostbaar worden. Het is bijna onhaalbaar om in zulke situaties een vertrouwenspersoon in te schakelen zonder dat dit de bedrijfsvoering raakt. Ondernemers móeten bovendien, die stapeling van verplichtingen gaat maar door. Ik vind dat bedrijven dit vanuit eigen verantwoordelijkheid en welbegrepen eigenbelang moeten oppakken.” Waarom denkt u dat bedrijven zelf de noodzaak inzien om een veilige werksfeer te creëren? “Bedrijven zien ook dat de maatschappij verandert en begrijpen dat zowel fysieke als mentale veiligheid op de werkvloer van groot belang is. Ze nemen hun verantwoordelijkheid serieus. Soms zijn ondernemers onbewust onbekwaam, ze hebben er nog nooit mee te maken gehad en realiseren zich nog niet wat er nodig is. Het is onze opdracht om van onbewust onbekwame mkb-ondernemers, onbewust bekwame en uiteindelijk bewust bekwame ondernemers te maken.” Wat bedoelt u met ‘bewust bekwaam’ maken van ondernemers, en waarom werkt dat volgens u beter dan regels? “Veel ondernemers zijn onbewust bekwaam: ze voelen intuïtief aan dat dat ze iets moeten en doen al het nodige. Het is onze taak om hen bewust bekwaam te maken door voorlichting en dialoog, zodat ze ook bewust het goede doen. Dat betekent vooral dat we onbewust onbekwame ondernemers – degenen die het probleem nog niet zien – moeten helpen om hun rol te beter te begrijpen.” “De politiek reageert vaak snel op incidenten, en zeker die media-aandacht krijgen, door extra regels en verplichtingen op te leggen. Ieder risico moet worden uitgesloten. Maar dat kan een averechts effect hebben. De bedrijven die al goed bezig zijn, worden hierdoor onnodig belast, terwijl de bedrijven die het fout doen vaak buiten schot blijven. Daarom geloof ik dat bewustwording en ondersteuning effectiever zijn dan generieke verplichtende wetgeving. Het gaat erom ondernemers weerbaarder te maken, hen te informeren en te helpen de juiste stappen te zetten. Dialoog en maatwerk leveren betere resultaten op dan verplichtingen van bovenaf. De vraag moet altijd zijn: helpt het echt om steeds meer en complexere regels in te voeren?” 'Goed werkgeverschap en een veilige, goede werkomgeving zijn belangrijker dan ooit' 19
20 Online Touch Home