4

gewaarborgd. Wanneer verenigingen voor problemen komen te staan, dan moeten we als dorp bereid zijn daar aan bij te dragen. - Vanuit de vergadering wordt opgemerkt dat het idee speelt dat het geld dat we ontvangen eigenlijk over de rug van de verenigingen gaat. Hierbij wordt de opmerking gemaakt dat we als dorp meer hebben aan een vereniging dan aan ‘een paar mooie bloembakken’. De vrees bestaat dat de verenigingen verdwijnen. Het bestuur geeft aan de angst te begrijpen, maar geeft ook aan dat het beleid van de gemeente Leeuwarden voor deze vergadering is vast gegeven is. Kort gezegd komt het erop neer dat we moeten omgaan met de situatie zoals deze is en dat we daar zo gunstig mogelijke afspraken over moeten maken. - Er volgt een vraag over de ervaring van andere dorpen met de nieuwe regeling. De voorzitter geeft aan dat de dorpen waarmee is gesproken enthousiast en positief zijn over het beleid van de gemeente Leeuwarden. Het uiteindelijke doel is om het initiatief, de inspanning en betrokkenheid meer bij het dorp neer te leggen. - Eén van de leden merkt op dat hij het jammer vindt dat Doarpsmienskip een doorgeefluik is van de gemeente Leeuwarden voor wat betreft de subsidieaanpassingen. Er wordt gevraagd of de voorzitter ‘twee petten op heeft’. De voorzitter geeft aan dat hij het plan niet actief verdedigt, maar dat hij probeert uit te leggen welke gevolgen de wijzigingen met zich meebrengen en welke mogelijkheden het biedt. Het bestuur benadrukt dat dit de situatie is en dat we er het beste van moeten maken. Tijdens de algemene ledenvergaderingen komt het bestuur met een voorstel dat is opgesteld aan de hand van input uit het dorp en is het aan de leden om beslissingen te nemen. Waar we in de toekomst wel voor moeten waken is dat verenigingen leden gaan optrommelen om zoveel mogelijk stemmen te krijgen. De voorzitter benadrukt dat het belangrijk is rekening met elkaar te houden en elkaar te gunnen wat nodig is. - Dat gezegd hebbende wordt er gevraagd of Doarpsmienskip verantwoording moet afleggen over het besteden van het dorpsbudget. Het bestuur geeft aan dat er een afgevaardigde van de gemeente Leeuwarden aanwezig is tijdens de algemene ledenvergadering. De vraag ziet met name op de mogelijkheid reserveringen te doen voor de toekomst. Het bestuur geeft aan dat dit mogelijk is, maar dat achteraf wel gemotiveerd moet worden waarvoor het is gebruikt. Ook betekent een reservering niet dat het komende jaar de bijdrage wordt gekort. De reservering is bedoeld voor het dorp, net als de jaarlijkse verstrekking van het budget. Stemming De voorzitter geeft aan dat door de leden tijdens de algemene ledenvergadering is verzocht een voorstel te doen en meer helderheid te geven over de toekomstsituatie. Het bestuur heeft getracht door deze extra algemene ledenvergadering te organiseren meer helderheid te scheppen over de nieuwe regeling en een plan aan te bieden waarop verengingen de toekomstplannen kunnen baseren. Het andere doel van de extra vergadering is het nemen van een besluit voor 2019 voor de huidige subsidieontvangers. De besteding van het restant bedrag wordt in 2018 over beslist tijdens de reguliere algemene ledenvergadering. De voorzitter vraagt aan de leden of zij kunnen instemmen met het voorstel zoals dat nu door het bestuur is gedaan. - Vanuit de vergadering wordt aangegeven dat het besluit ‘pijn’ doet, maar dat deze pijn door een initiële subsidie in de toekomst hopelijk verlicht kan worden. - Nogmaals wordt de vraag gesteld of de gemeente daadwerkelijk stelt dat er een afbouwregeling moet komen. Het bestuur geeft aan dat Doarpsmienskip dit voorstelt om de verenigingen niet ineens met een begrotingsgat op te zadelen. Strikt genomen had het per 2019 ook ineens kunnen stoppen. In de afbouwregeling van vijf jaar kunnen zowel Doarpsmienskip als de verenigingen inventariseren op welke potjes aanspraak gemaakt kan worden. Het gevaar van het voortzetten van het huidige subsidiemodel kan ertoe leiden dat

5 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication