Soms iets wat eerst een randzaak lijkt bij nader inzien de kern Het allerbelangrijkste, vindt Karin, is om te luisteren naar waar het talent behoefte aan heeft. “Er wordt van veel kanten aan zo’n talent getrokken. In het begin is het leuk om op elk interviewverzoek in te gaan, maar op den duur wordt dat teveel en is het van belang om kritischer te zijn en vaker ‘nee’ te zeggen. Iedereen gaat daar anders mee om, dus iedereen heeft op een ander vlak vragen. Het is mijn doel om achter die vragen te komen. En om vervolgens te helpen om een richting te kiezen.” Wanneer een van de talenten merkt dat er teveel gevraagd wordt, stimuleert Karin om het gesprek daarover aan te gaan. “Soms moeten ze daarvoor over een angst heen stappen. Want zulke gesprekken zijn soms ook gewoon spannend. En we moeten niet vergeten dat sommige van onze talenten óók nog gewoon pubers zijn, die zich op allerlei vlakken tegelijk ontwikkelen. Alles bij elkaar kan het dan best pittig voor ze zijn.” Grenzen bewaken Een topsporter stimuleren om de grenzen op te zoeken is over het algemeen niet aan de orde, meent Karin. “Het is natuurlijk per sporter anders, maar de sporters die ik tegenkom hebben juist het omgekeerde nodig. Die moeten we stimuleren om niet over hun grenzen heen te gaan.” Karin omschrijft dit als een soort koorddans: “Sporters moeten dicht genoeg naar die fysieke grens toe om zichzelf uit te dagen, en er ver genoeg vandaan blijven om blessures te voorkomen.” Niet te veel en te snel willen dus. En als ze toch een blessure oplopen hun lijf de tijd geven om te herstellen. Een groot deel van die verantwoordelijkheid ligt bij artsen en trainers. “Daar bemoei ik me niet mee”, zegt Karin. “Ik wil vooral op het emotionele en sociale vlak checken. Gaat het goed? Op welk vlak niet? En wat kunnen we daaraan doen?” Als iemand écht in een dip zit door een blessure is het makkelijk om gedemotiveerd te raken, weet Karin. “Dan ga ik het gesprek aan om te zien wát er nu zo lastig is en hoe dat kan verbeteren. Dan gaat het bijvoorbeeld om de verwachtingen van anderen die je confronteren met je eigen verwachtingen – en hoe je die op dat moment niet kan waarmaken. Dat maakt de druk zwaar. Ik probeer dan om de dingen van de andere kant te benaderen. Je niet onder druk gezet voelen om sneller dan goed is weer te sporten en je oude niveau te bereiken, maar duidelijk zijn naar de mensen die van alles van je verwachten. Om te durven zeggen: ‘Het kán nu even niet, en zodra het weer wél kan hoor je dat van me.” Afscheid Karin heeft haar sportcarrière altijd gecombineerd met haar academische carrière. “Als ik geblesseerd was, kon ik meer tijd aan mijn studie besteden. Daardoor ervaarde ik meestal wel balans”, vertelt ze. Een mentor of mental coach was er in haar tijd als topsporter niet. “Maar ik had het geluk dat ik de goede mensen om me heen had en goede gecoördineerde medische begeleiding kreeg.” Uiteindelijk stopte Karin omdat ze blessures had waar ze niet meer vanaf kwam. “De heftige blessures kwamen pas later in mijn carrière, na de Olympische Spelen. Maar stoppen met topsport is lastig. Nog jaren later kon ik spijt voelen over hoe het gelopen was. Het vergt veel tijd om afscheid te nemen.” Fleur Nagegast, het talent dat zij nu begeleidt, besloot onlangs om haar carrière als veldrijdster voorlopig te stoppen. Hier ging veel blessureleed en natuurlijk ook twijfel aan vooraf. Karin: “De situatie waar Fleur nu in zit herken ik natuurlijk heel goed. Ik ben ook gestopt door
15 Online Touch Home