44

Bossen versus heidevelden Het bos rukt weer op Aan het einde van de Middeleeuwen was de Veluwe verregaand ontbost. Door de opkomst van de lakenindustrie kreeg de schapenhouderij een grote impuls en kregen de begraasde heidevelden hun maximale omvang. Na 1850 daalde de inkomsten in deze sector sterk; de goedkopere Australische wol en de introductie van kunstmest waren hier debet aan. Op de uitgestrekte heidevlaktes werden op grote schaal productiebossen aangelegd met snelgroeiend naaldhout voor de mijnbouw en de opkomende industrie. In de jaren 50 van de 20e eeuw viel de afzet van mijnhout weg. Particuliere eigenaren verkochten massaal de gronden aan overheden of natuurbeschermingsorganisaties. Sindsdien krijgen de bossen gaandeweg een meer veelzijdige functievervulling en gedifferentieerde boomsoortenbesteming. De resterende heidevelden worden beheerd als natuurgebied; op de verschraalde heidegronden hebben zich door de eeuwen heen bijzonder soortenrijke maar kwetsbare plantengemeenschappen ontwikkeld die men graag wil behouden. Toch staat de heide toenemend onder druk. De Ginkelse Heide en Edese Heide wordt meer en meer overwoekerd door oprukkende opgaande vegetatie. Een kaartenvergelijk door de tijd maakt dit overduidelijk. Nog niet op kaart te zien is de grootschalig overwoekerde heide bij het hondenlosloopgebied Driebergen – een groot probleem dat morgen al om een oplossing vraagt. Bos en heide ten tijde van luchtlanding 1940 44 3 OMGEVINGSKWALITEITEN MET PERSPECTIEF

45 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication