43

Nieuwe Werelden uit alle tijden: ontginningen, opvoedingsgestichten, utopieën, strafkampen, fabrieksdorpen en buitenplaatsen. Behalve de Koloniën van Weldadigheid heeft Drenthe ook veenkoloniën. Eeuwenlang werd het veen kleinschalig ontgonnen, door de lokale bevolking. Met geld van buiten trad er in de zeventiende eeuw een schaalvergroting op. Hier kwamen veel arbeiders op af. Werk was er genoeg: met de schop kanalen graven of turf steken. Als de turf afgegraven was, kon je aan de slag als landarbeider. Dwars door het lege landschap lopen nu kaarsrechte lijnen van kanalen met lintdorpen. Hoogeveen werd in 1636 door de Leidse bazen van de Hollandsche Compagnie gesticht. Twee eeuwen bleef het een centrum van turfwinning en was het een kosmopolitisch dorp met alle voorzieningen voor de wijde omtrek. In het noordoosten van Drenthe worden de veenontginningen vanuit Groningen opgezet. In het zuidoosten waren het vooral Hollanders. De ontwikkelingen gaan verder, ook als ik er niet meer ben. Zo zullen Amsterdamse kooplieden in 1850 een groot moeras voor de veenwinning kopen, dat ze Nieuw-Amsterdam noemen. Dat was ook de eerste naam van New York. Deze kooplieden werken samen met Engelse ondernemers, die een kanaal naar Duitsland willen graven. Dat plan zal niet veel worden. In Drenthe komt wel een kanalenstelsel dat zich met privé geld geleidelijk verder uitbreidt. Het Oranjekanaal is dan in 1861 klaar, na acht jaar graven. Dat is een initiatief van een handelsmaatschappij uit Dordrecht. Op de plek waar het kanaal een zandrug kruist komt het dorp Nieuw-Dordrecht. Vlakbij bouwt de Groningse ondernemer W.A. Scholten een veenkolonie op, die hij vernoemt naar zijn vrouw: Klazienaveen. Over anderhalve eeuw, als er twee wereldoorlogen zijn geweest en de werkloosheid in de veenkoloniën immens is, komen er rond Emmen fabrieken om de veenarbeiders nieuw werk te geven. En er zal olie uit de grond komen, met jaknikkers. Jaknikkers heb ik genoeg om me heen. Gelukkig blijven er in de toekomst ook mensen met goede ideeën naar Drenthe komen. Wat dacht je van Jan van Oort? Deze sterrenkundige bouwt een soort reusachtige toren op de hei, om het heelal mee af te luisteren. Hij zoekt de stilste plekken van het land en dan kom je vanzelf in Dwingeloo en Westerbork. Over een eeuw, in 1929, wordt Drenthe ook de logische bestemming voor veel Nederlands huisvuil. De Vuil Afvoer Maatschappij (VAM) maakt er dan compost om de schrale gronden te bemesten. Eigenlijk loop ik zelf een eeuw op die ontwikkeling vooruit, want wij kopen de poep uit Amsterdam om onze koloniën vruchtbaar te maken. Uit afval dat niet kan com43

44 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication