62 voor de broodbakkerijen, werd - in 1947 door de gemeente Buren gekocht van de laatste particuliere eigenaar, Van Stuyvenberg. Hiermee werd voorkomen dat de molen voor Buren verloren zou gaan. In 1952 volgde een uitwendige restauratie en daarna volgden ruim 20 jaar waarin de molen behoorlijk werd onderhouden. Gedraaid werd er niet want bijna het hele binnenwerk van de molen was verdwenen. Wel werd de molen af en toe ‘gekruid’ (in de windrichting gedraaid) en het wiekenkruis werd regelmatig in een andere stand gezet. In 1974 was een nieuwe restauratie noodzakelijk. De molen is toen ook weer van maalwerk voorzien. Sindsdien is de molen geregeld in werking en wordt er eigen gemalen volkorenmeel verkocht. De Graven van Buren waren van 1716 tot 1795 eigenaren van de Prins van Oranje. Dat zou de naam van de molen kunnen verklaren. (www.molendatabase.nl) van mening is dat ze – elk uiteraard in zijn eigen mate – nodig zijn voor het duurzaam welslagen van de gewenste ontwikkelingen. Voor de criteria hanteert de gemeente geen strakke prioritering, al zou je kunnen zeggen dat met name de eerste zes het zwaarst zullen wegen. Dat neemt niet weg dat bij voorkomende afwegingen alle criteria worden meegenomen. De volgende projectcriteria zijn relevant: • Erfgoed beschermend : beoogde projecten beschermen het cultuurhistorisch erfgoed en houden de archeologische waarde in stand. (Zie ook ‘Buren op erfgoedlijst Unesco?’ paragraaf 3.1) • Nieuwe economie genererend : beoogde projecten versterken de vitaliteit en creëren nieuwe economie. Ze moeten leiden tot nieuwe bedrijvigheid en daarmee uitzicht bieden op nieuwe welvaart. • Breed gedragen : beoogde projecten zetten in op een breed draagvlak bij inwoners en andere direct betrokkenen. • Concreet en op redelijke termijn uitvoerbaar: beoogde projecten zijn concreet, fi nancieel haalbaar en kunnen op redelijke termijn gerealiseerd worden. Deze eigenschap draagt bij aan het aanjagend eff ect. Hoe sneller ze resultaat hebben (zeker als dat resultaat ook nog eens zichtbaar en meetbaar is), des te meer ze voor (extra) draagvlak zullen zorgen en het aanjagend eff ect zullen versterken. • Authentiek : beoogde projecten behelzen nieuw gebruik en nieuwe functies, die geënt moeten zijn op of verwijzen naar vroeger, historisch gebruik. Er moet sprake zijn van transpositie (zie ‘transponeren’ par. 3.1) • Structureel : beoogde projecten moeten vanzelfsprekend passen binnen het strategisch programmakader van de koepelvisie. Ze moeten, met andere woorden, structureel zijn. Incidentele, opzichzelfstaande oplossingen kosten alleen maar geld en brengen de gewenste ontwikkelingen muur van de Rentmeestertoren, omgeven door drassig land. In het kader van de werkverschaffing zijn de fundamenten in 1933/1934 blootgelegd en opnieuw opgemetseld, onder leiding van ingenieur Johannes van Oldenborgh. De fundamenten met daarop een stukje ruïnemuur van de Rentmeesters toren zijn gratis toegankelijk. Hieraan is de plattegrond van het kasteel nog goed te herkennen zoals de kasteeltorens en de sleuven van de contragewichten van de twee ophaalbruggen. Er is een oude waterput en de rechthoekige binnenplaats is ook goed te zien. Wat je niet ziet is hoe reusachtig groot het kasteel is geweest. Zo was de grootste woontoren de Donjon maar liefst
63 Online Touch Home