Koken en eten (te velde)

Koken en eten (te velde) Wie hard werkt, moet ook goed eten. Dat geldt uiteraard ook voor militairen. Op de kazerne werd gebruik gemaakt van diverse eetzalen. Zo was er eetzaal west voor de manschappen (geb. 61). Aan de andere zijde van datzelfde gebouw zat de onderofficierseetzaal en mess en buiten de kazerne was de officierseetzaal en mess (geb. 74), officierscasino genaamd. Het eten werd bereid door koks, die door de verschillende onderdelen aan de keukens werden “uitgeleend”. Mocht het geleverde eten niet naar de zin zijn kon men altijd nog terugvallen op het NATOrestaurant (geb. L) voor patat, een kroketje, een uitsmijter of een schnitzel. Na het eten werden de restanten verzameld in tonnen, die later door een boer werden opgehaald om als varkensvoer te dienen. De borden werden afgegeven aan het aangewezen keukencorvee die de boel mocht afwassen met behulp van de eventueel aanwezige afwasmachines. Voor het uitdelen van het eten werden de handen van de corveeërs zorgvuldig geïnspecteerd. Naast dienstplichtige koks bestond het personeel uit Duitse vrouwen die o.a. de aardappelen schilden, groenten schoonmaakten en de keuken schoonhielden. Om de zoveel tijd werden de “dienstblikken” opgediend om de oorlogs- of noodvoorraad niet over datum te laten verlopen. Die datum stond toen echt niet vermeld op de blikken. Wanneer een blik uit de noodvoorraad bol begon te staan, werd de voorraad spoedig vrijgegeven voor consumptie. De dienstblikken werden ook vaak opgevoerd bij oefeningen. De keukenwagen verwarmde dan de blikken in heet water en deze werden vervolgens uitgedeeld of gedistribueerd. Als je geluk had kon je kiezen uit bijvoorbeeld hutspot met klapstuk, witte bonen met varkensvlees of bruine bonen met spek. De dienstblikken waren in het begin nog rond en die pasten precies in de loop van de AMX. Met een ‘blanc’ (een losse flodder) werden de blikken niet te eten krentenbrood vervolgens afgevuurd. Kaderleden vonden het ook wel vermakelijk om heimelijk dienstblikken (en ook losse patroonflodders) aan een kampvuur toe te vertrouwen. Het gevolg was dat de meeste blikken en flodders na verloop van tijd explodeerden met alle gevolgen van dien. Over de dienstblikken de volgende anekdote; nieuwgeplaatste pelotonscommandanten werden gewoontegetrouw uitgenodigd voor een welkomstdiner bij de overste thuis in Zeven. Dat verliep niet altijd als gedacht. In de jaren 70 had de toenmalige bataljonscommandant een andere kijk op een welkomstdiner als zijn voorgangers. De ontvangst met borrel, daarna rondleiding door kamer en tuin verliep naar verwachting. In de tuin lagen bijlen en overalls klaar en de heren werden verzocht om wat hout te gaan hakken. Na een tijdje werden de heren PC’n binnengeroepen voor het diner dat bestond uit opgewarmde dienstblikken. Heel bijzonder, maar wel voorbereidend op hun toekomstige taak. 95

97 Online Touch Koken en eten (te velde) Home


You need flash player to view this online publication