KienhuisHoving informeert Overlast van contactgeluid/geluidstrillingen een gebrek? De Raad van Arbitrage in Bouwgeschillen (voorheen Raad van Arbitrage voor de bouw), heeft in een recent geschil (nr. 81.691) beslist over de vraag of contactgeluid/geluidstrillingen afkomstig van een buurwoning een gebrek oplevert aan een nieuwbouwwoning. De casus is als volgt. Feiten De eigenaren hebben in 2017 een koop-/aannemingsovereenkomst gesloten met de aannemer voor de bouw van een nieuwbouwwoning. Op de overeenkomst is de Woningborg Garantie- en waarborgregeling van toepassing verklaard. Na oplevering klagen de eigenaren over geluid/ geluidstrillingen afkomstig van de buren. De eigenaren geven aan dat ze de buren duidelijk kunnen horen lopen en dat de glazen en borden trillen in de servieskast. Door Woningborg worden vervolgens geluidsmetingen verricht. Woningborg sluit voor dit onderzoek aan bij de publicatie “SBR B Hinder voor personen in gebouwen Meeten beoordelingsrichtlijnen” van de Stichting BouwResearch (hierna: ‘SBR’). SBR heeft in deze publicatie een tabel met streefwaarden voor de voelbaarheid van trillingen opgesteld. Deze tabel bevat vijf treden, waarbij de hoogste trede zeer sterk voelbare trillingen betreft en de laagste trede niet voelbare trillingen. Aan de hand van dit toetsingskader wordt geconcludeerd dat de gemeten contactgeluidniveaus niet hoger zijn dan de laagste trede. De aannemer stelt zich vervolgens op het standpunt dat de woning aan alle normen voldoet. De eigenaren leggen zich daar niet bij neer en zijn van mening dat sprake is van een gebrek waar de aannemer voor aansprakelijk is. Beoordeling De arbiter staat eerst stil bij hetgeen partijen zijn overeengekomen. Op grond van de toepasselijke Woningborgregeling garandeert de aannemer dat de woning voldoet aan het Bouwbesluit en aan de eisen van goed en deugdelijk werk. Vervolgens concludeert de arbiter dat in het Bouwbesluit geen eisen zijn gesteld met betrekking tot het voelen van trillingen van contactgeluid uit een buurwoning. Dan resteert de vraag of de aanwezigheid van trillingen van contactgeluid een schending oplevert van de eisen van goed en deugdelijk werk. Om die vraag te beantwoorden, sluit de arbiter aan bij de hiervoor genoemde richtlijnen van de SBR. Arbiter neemt het door Deze column is geschreven door: Laurens Vermeulen, advocaat bouw- en aanbestedingsrecht zijn e-mailadres is laurens.vermeulen@kienhuishoving.nl, zijn telefoonnummer is 088 - 480 40 61. Bouwen in Gelderland 21 25 SBR opgestelde toetsingskader dus over en oordeelt dat de laagste trede (V(eff)max (mm/s) < 0,1) de norm is om in dit kader te voldoen aan de eisen van goed en deugdelijk werk. Omdat uit de metingen is gebleken dat deze trede niet wordt overschreden, voldoet de woning aan de eisen van goed en deugdelijk werk en is er geen sprake van een gebrek. Conclusie Uit deze uitspraak volgt dat wanneer sprake is van contactgeluid/trillingen en partijen daarvoor geen norm zijn overeengekomen, dit een gebrek kan opleveren wanneer deze trillingen sterker zijn dan de laagste trede in de beoordelingsrichtlijnen van SBR. Deze uitspraak onderstreept dat ook wanneer partijen geen afspraken hebben gemaakt over een bepaald onderwerp, in dit geval geluidstrillingen, dit niet betekent dat de aannemer aan geen enkele norm hoeft te voldoen/vrijuit gaat. In dat geval geldt namelijk de minimumnorm van goed en deugdelijk werk waaraan moet worden voldaan.
26 Online Touch Home