HET LEVEN OP DE SCHOOL (2) Internaat Van bij het begin was er een internaat aan de school gekoppeld. In de jaren ’30 waren er al snel een honderdtal internen uit alle hoeken van Vlaanderen. De eerste jaren was ongeveer een op de drie leerlingen intern, na de opening van de nieuwe schoolgebouwen in 1937 werd dat bijna de helft. Vandaag zijn er 272 internen. Trees Jacobs, een van de eerste internen van Sint-Bavo, herinnerde zich nog levendig hoe ze door moeder Eduarda werd verwelkomd in de spreekkamer: ‘Met een breedarmig gebaar en gulle Limburgse harte lijkheid. Dadelijk werd je in de sfeer opgenomen en was je er binnen de vijf minuten van overtuigd dat Sint-Bavo de beste, fijnste en degelijkste kostschool was die je ergens maar kon vinden. Haar enthousiasme was zo groot dat je niet anders kon dan dadelijk haar mening delen.’9 Een interne buigt uit het raam van haar kamer. Op de achtergrond zien we de nieuwe vleugel met het Latijns Kwartier (datum onbekend). 9 Op 15 oktober 1988 was er een viering van de eerste leerlingen die vijftig jaar geleden afgestudeerd waren, een mijlpaal in de geschiedenis van de school. De gouden jubilarissen haalden herinneringen aan die beginjaren op. 41 Op een ontmoetingsdag in ’88 vertelde een oud-leerlinge dat er grote inzet van de internen werd gevraagd, maar dat er daarnaast ook steeds ruimte was voor ontspanning. ‘Turnlessen, basket, grote wandelingen langs de Leie, de woensdagwandelingen naar het buitengoed van de zusters in Oostakker, waar we tussen de rokende kachels nog iets van huiswerk poogden terecht te brengen. We hadden onze bezoeken aan toneel, zelfs een avond met een hypnose-seance, voordrachten en zo meer…’ Een artikel in De Morgenpost uit 1931 beschreef Sint-Bavo als een moderne school. De refter voor de leerlingen vergeleek men met de ‘eetzaalweelde van een transatlantieker of een kusthotel uit de tijd’. Na schooltijd konden de internen ontspannen in de gezellige huiskamer met clubzeteltjes, speeltafels, naaimandjes en een bibliotheek aan de wand. Kijklustigen konden het volk op het Sint-Baafsplein gade slaan. In de gebouwen aan de Biezekapelstraat was een grote slaapzaal voor de kleinste internen en een reeks prachtige kamers met stromend water en modern meubilair voor de andere ‘pensionnairen’. ‘We vormden een zeer heterogeen gezelschap met een goede wisselwerking. De Westvlamingen luisterden met belangstelling naar het zoet gevooisde Limburgs, maar van het Aalsters dialect verstonden we geen zier. Het was toen nog maar het begin van het ABN, en vele meisjes spraken dialect met de vriendinnen uit de eigen streek.’ De eerste jaren mochten de internen maar om de drie weken naar huis gaan. De andere weekends vulden ze met charades of humoristische sketches over de leraressen. Ze maakten veel plezier. Uit getuigenissen blijkt dat zij vooral warme herinneringen aan deze tijd hadden, aan de innige band die ze onderling hadden. Eens het nieuwe schoolgebouw klaar was, verhuisde ook het internaat daarheen. In 1937 waren er 143 internen, waardoor de kamertjes op de vier verdiepingen bijna onmiddellijk volzet waren. Ook
42 Online Touch Home