160 Spelend handelen 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 Eigen invulling Vanuit interesse en kunnen Bij spelend handelen gaat het over het flexibel en gevarieerd inzetten van reeds bekende handelingsmogelijkheden. In spelend handelen is er geen drempel meer tussen het kind en zijn situatie. Dit komt tot uitdrukking in het scala van handelingsmogelijkheden die het kind laat zien. Verrassende effecten tijdens het spelen kunnen weer een aanleiding zijn om opnieuw te gaan experimenteren; een nieuwe speelkriebel is geboren. Materialen en situaties die zich lenen voor het combineren van verschillende mogelijkheden van handelen, zijn bij uitstek geschikt om spelend handelen op te roepen (Bosch, 2009). VOORBEELD 4.4 HET PLEZIER VAN DE VERRASSING Samuel en Yusuf spelen samen met de bal. Ze hebben ontdekt dat het best lastig is om een bal zo te stuiten dat hij na de stuit precies in de doos terechtkomt. Veel lol hebben ze als Samuel de bal na een stuit precies in de doos laat komen en dat de bal er ook weer uit stuit en via de muur weer terugkomt. Yusuf is er als een speer bij om de bal te vangen. Ze gieren het uit van het lachen, gaan het gelijk aan de juf vertellen en proberen de truc nog een keer. Ad 2 Lijn van toenemende bewegingsvaardigheid Bij peuters berust de lijn van toenemende bewegingsvaardigheid ten dele nog op biologische groei en rijping. Bij kleuters ontstaan al complexere verbanden en bewegingsmogelijkheden vanuit interesse en kunnen. Kleuters ontwikkelen een toenemende bewegingsvaardigheid. VOORBEELD 4.5 VARIATIE MAAKT VAARDIGER In het bewegingsbaantje heeft de juf vandaag een bank neergezet, daarna een kleutertrampoline, dan een hoge kast en daarna een matje. Elisa, bijna 6 jaar, stapt op de bank, loopt er vlot overheen en maakt een sprongetje in de trampoline. Ze springt drie keer en zet dan haar handen op de kast, bij de vijfde sprong duwt ze zichzelf op en landt op haar knieën op de kast. Ze gaat staan en springt naar beneden. Tygo, net op school gekomen, pakt de bank vast en gaat gehurkt de bank op. Loopt voorzichtig naar de trampoline en stapt erin. Hij veert voorzichtig vijf keer op en neer en stopt. Pakt de kast vast en klimt naar boven. Op de kast draait hij op zijn buik en klimt weer naar beneden tot hij op het matje staat. Dan laat hij de kast los. Ad 3 Van uitgelokt bewegen naar zelfontworpen uitdagingen Kleuters reageren bewegend op wat de omgeving hen te vertellen heeft: hier kan ik in kruipen, daar kan ik tegenaan schoppen. Naarmate kinderen vaker met een situatie in aanraking komen, zullen ze steeds meer een eigen invulling aan het aangeboden arrangement gaan geven (Gallahue en Ozmun, 2011).
47 Online Touch Home