10

10 INTERVIEW BLAUWDRUK “Voor die verenigingen waarmee het goed gaat, zijn er gemene delers te benoemen”, zegt Thung. “Het zijn allemaal verenigingen met bekwame, actieve bestuurders, met goede trainers, mensen die een visie hebben. En met prima banen, voor competitiespelers. Zo kun je dus een blauwdruk geven van een succesvolle vereniging. En die blauwdruk proberen wij bij zo veel mogelijk andere verenigingen neer te leggen, door succesverhalen, de best practices, te delen. Zodat ook andere verenigingen een visie ontwikkelen op ledenwerving en -behoud. Het gaat daarbij soms om heel eenvoudige ideeën of kennis. Regelmatig hoor ik nog dat clubs wijzen naar externe factoren, zoals vergrijzing, krimp, minder kinderen in de wijk enzovoort. Dat speelt zeker een rol, maar zelfs in deze omstandigheden kun je vaak meer doen dan je in eerste instantie denkt.” Om nieuwe doelgroepen aan te spreken is het van belang dat verenigingen zich openstellen voor de buitenwereld. Poel: “Op veel tennisverenigingen is het stil en rustig. Een voorbijganger hoort alleen het geluid van een geslagen bal, maar ziet niks. Hij heeft geen idee wat er achter die coniferenhaag gebeurt. Daarom zeggen we: ‘Hak die coniferen om, zorg dat je zichtbaar bent in je lokale gemeenschap. Letterlijk en figuurlijk. Laat je clubhuis zien. Laat zien dat mensen plezier hebben in hun mooie sport.’ De tennisclub moet een plek zijn waar iets gebeurt, waar leven in de brouwerij is. Er moeten meer mensen over de vloer komen en zij moeten zich er welkom voelen. Voor leden moet er regelmatig iets te beleven zijn, denk hierbij aan competities, toernooien, eendagsevenementen en Tenniskids@school [voorheen Schooltennis, red.]. Daarnaast zal een club zijn deuren ook moeten openzetten voor bijvoorbeeld de gelegenheidstennisser of misschien wel het hardloopclubje dat zich voorafgaand aan de training bij de tennisvereniging verzamelt en daar een kop koffie drinkt.” “Actieve en krachtige verenigingen weten bijvoorbeeld dat er enkele factoren zijn die samenhangen met de uitstroom”, vertelt Poel. “Zoals de duur van het lidmaatschap en de leeftijd: hoe korter iemand lid is, of hoe jonger, des te groter is de kans op uitstroom. Speelt iemand competitie of staat hij of zij als vrije speler vaak op de baan? Dan is de kans op uitstroom juist kleiner. Ook geldt: hoe meer leden uit één gezin lid zijn, hoe minder snel het lidmaatschap door een individueel gezinslid opgezegd wordt. Dat zijn misschien niet heel verrassende inzichten, maar als je dit weet, kun je daarop inspelen en “Geef mensen een aanleiding om naar jouw vereniging te komen en er langer te blijven” ERIK POEL AAN DE SLAG Hoe zorg je voor reuring en een gastvrije sfeer op de club? En hoe leg je contact met andere lokale partijen? Bezoek ter inspiratie Centrecourt.nl en bekijk daar de workshop ‘Thuis op de club’. Daar vind je ook praktijkvoorbeelden van de Open Club en kun je de publieksversie lezen van de strategische doorkijk Nederland Tennist.

11 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication