3

DUIKEN IS DOL-FIJN Een interview met Daniel Devriese over zijn passie voor de onderwaterwereld. Ons reporterteam, Jake en ik (Hilde), gingen bij hem op bezoek om uit te vissen hoe Daniel, beter gekend als ‘De noil’ met deze passie begon. VV (Veneir Vrebosch): Daniel, laten we bij het begin beginnen. Waar komt je bijnaam "De Noil" vandaan? Daniel: (lacht) Die moet ik zelf even navragen. Moeder, kun jij dat uitleggen? Lisa (moeder van Daniel): Mijn grootvader en overgrootvader waren kleermakers. Suske, die woonde in het huis van Jake, was ook kleermaker, en heeft zelfs met Peter Tieske samengewerkt. Uiteindelijk werd hun zoon Jommeke meesterkleermaker in Brussel. VV: Dat verklaart veel! Maar laten we het hebben over jouw bijzondere hobby. Dat is duiken. Hoe ben je daarmee begonnen? Daniel: Mijn eerste kennismaking met duiken was in 1980 in Soedan, aan de Rode Zee. We bezochten daar iemand van Artsen Zonder Grenzen, samen met mijn zussen Wis, Cécile en Lucie. Vrij duiken was daar bijna vanzelfsprekend: we kregen vinnen en een duikbril, en konden gewoon het water in. VV: Had je toen al ervaring? Daniel: Helemaal niet. We deden gewoon wat we wilden. Gelukkig waren er mensen die voor “Total” werkten en regelmatig doken, dus ik ben een paar keer met hen meegegaan. Het koraal en de vissen waren prachtig!

4 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication