leerling. Een deel van de scholen werkt zonder klassikale toetsten. Als een leerling denkt dat hij een vaardigheid bezit, maakt hij een afspraak met een docent om een toets te maken. Ze krijgen daar altijd feedback op. Dan kunnen leerlingen zich verbeteren en het eindproduct inleveren. In de praktijk zien we dat sommige scholen met gepersonaliseerd onderwijs werken met een dagstart en – afsluiting, waar leerlingen samenkomen met de docenten – coaches – in hun stamgroep. Tussen de dagstart en –afsluiting zijn de leerlingen op school aanwezig en werken zij zelfstandig aan hun eigen leerdoelen of hebben ze instructie. Vaak vinden tussendoor coachgesprekken plaats, waarin docenten met leerlingen in gesprek gaan over hun leerdoelen. Op andere scholen komen de leerlingen in de ochtend samen in hun basegroup, plannen samen met hun coach de dag en de week en hebben vervolgens in de ochtend vakles. In de middag zijn er workshops en personal coaching, waarin gereflecteerd wordt op de beoogde en behaalde doelen en strategieën. ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………. “Wij geloven in gepersonaliseerd onderwijs. Dat ieder kind zijn eigen rooster kan krijgen en dus ook de keuze kan maken welke vakken ze willen volgen, hoe vaak ze dit doen en waar en hoe ze dit doen.” ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………. Vakoverstijgend werken en thematisch werken Scholen kunnen er ook voor kiezen vakoverstijgend en/of thematisch te werken. Vaak gebeurt dat in combinatie met een van de bovenstaande aspecten. Door niet in vakken te denken, maar deze te integreren, wordt de lesstof vanuit verschillende kanten benaderd en uitgediept. Naast het vakgerichte onderwijs, worden op een school gedurende de eerste drie leerjaren bijvoorbeeld 18 thema’s behandeld. Iedere periode werken de leerlingen aan een thema. Een andere school werkt met themaweken waarin leerlingen een aangepast lesrooster hebben. Tijdens de themaweken krijgen zij niet alleen les van een theoriedocent, maar ook van een praktijkdocent. Samen benaderen zij het thema dat centraal staat uit verschillende perspectieven, waardoor leerlingen een zo volledig mogelijk beeld van het thema krijgen. Op een andere school is de leerstof in de onderbouw georganiseerd in interdisciplinaire modules. Modules zijn relatief kortlopende onderwijseenheden van een periode (er zijn vier periodes per schooljaar). In de bovenbouw is er een combinatie van ongeveer 50 procent interdisciplinair en 50 procent monodisciplinair, om zo de leerlingen voldoende voor te bereiden op het eindexamen. Het thematisch werken, waarin een bepaald onderwerp gedurende zes weken wordt uitgediept, is ook een belangrijke pijler van het vrijeschoolonderwijs (periodeonderwijs). Thema’s worden gerelateerd aan vakken, zoals geschiedenis en wiskunde, maar ook aan verhalen die de leerlingen aanspreken. Ook is het mogelijk om binnen een thema te werken aan elementen uit meerdere vakken, zoals natuurkunde, aardrijkskunde en levensbeschouwing als bijvoorbeeld een thema zoals sterrenkunde wordt behandeld. ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………. Anders organiseren? Teamwork! | 18
19 Online Touch Home