4.1.2. Verantwoordelijkheden Op de scholen die hun onderwijs ‘anders organiseren’ hebben docenten meer verantwoordelijkheid. Dat geldt zowel voor hun eigen lessen en hun eigen ontwikkeling, als voor de onderwijsontwikkeling, de onderwijskwaliteit en de schoolorganisatie. ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………. “Docenten werken in zelfsturende teams. Die teams zijn georganiseerd naar leerjaar en tellen 10 tot 12 personen. De afdelingsleider schetst de kaders. Het team is verantwoordelijk voor bepaalde ontwikkelingen binnen de school. De – roulerende – voorzitter bespreekt de agenda met de teamleider. Dat zorgt voor een verbinding met het schoolbeleid.” ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………. Over het algemeen wordt er gewerkt in teams of duo’s en is er sprake van lerende organisaties en zelfsturing. Veelgenoemde opbrengsten daarvan zijn dat docenten meer vrijheid en ruimte voor autonomie ervaren. ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………. “Er is vrijwel geen taakbeleid: Iedere fte staat voor een dagdeel waarop je als docent voor school bezig bent. De docenten zelf bepalen hoe zij zich inzetten, op welke modules en welke ontwikkeltaken. Vanzelfsprekend is het de bedoeling dat alle modules ook gegeven worden. De schoolleiding maakt daarvoor een voorstel, maar het zijn de docenten zelf die kiezen en die onderling de taken verdelen. De verantwoordelijkheid ligt bij de docenten.” ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………. 4.1.3. Samenwerking, zelfstandigheid, regelruimte Op vrijwel alle scholen is sprake van meer en intensievere samenwerking met collega’s. Op één van de scholen aarzelen de docenten daarover: “Er is wel wat samenwerking tussen docenten, maar dat is niet per se dankzij de invoering van het flexmodel. De langere lessen, van 80 minuten, betekenen meer rust overdag, maar ook minder tussenuren en leswisselingen waarin je collega’s tegenkomt. Je moet nu een afspraak maken om met iemand te overleggen.” Op de andere scholen klinkt juist door dat er meer samenwerking is ontstaan door het anders organiseren. Docenten ervaren bijvoorbeeld “een wereld van verschil als het gaat over goede samenwerking. Er is een gestructureerd overleg in de ochtend, en docenten werken in tussenuren op het leerplein en kunnen elkaar daardoor gemakkelijk opzoeken.” De samenwerking heeft betrekking op gezamenlijk werken aan onderwijsontwikkeling via het ontwerpen van nieuwe modules en lessen, maar gaat ook over het lesgeven in duo’s of in dezelfde ruimte. ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………. Anders organiseren? Teamwork! | 30
31 Online Touch Home