23

250 clubs op twee wielen: Bob Veilinga en zijn eeuwige liefde voor SVV Vanuit zijn kamer in Schiedam Nieuwland kon hij ze vroeger zien: de lichtmasten van SVV, trots boven het Hargapark uittorend als bakens van het betaalde voetbal in Schiedam. Het was het seizoen 1987/1988 toen de 18-jarige Bob Veilinga (oer-Schiedammer in hart en nieren) voor het eerst een seizoenkaart kocht. 25 piek. “Dat geld was het meer dan waard,” zegt hij dik veertig jaar later. Die kaart was het begin van een levenslange romance met de rood-groene trots van Schiedam. Alles op de fiets SVV was destijds actief in de eerste divisie, maar voor Bob maakte het eigenlijk niet uit op welk niveau de club speelde. Vanaf het moment dat hij zich verbond aan SVV, volgde hij zijn liefde overal. En dat doet hij nog steeds. Zelfs nu de club uitkomt in de laagste regionen van het amateurvoetbal, de vijfde klasse, staat hij trouw langs de lijn. Hij ging altijd op de fiets. Van promotie naar pijn Onder leiding van een jonge Dick Advocaat beleefde SVV een ongekende sportieve piek. De club promoveerde naar de Eredivisie. Het stadion op Harga stroomde voller en SVV kreeg voor een korte tijd landelijke allure. Bob was er altijd bij. “Toch was het mooiste nog de tijd van voor de massa,” mijmert hij. “Toen het nog kneuterig en gezellig was. Ik heb ooit alleen in het uitvak gestaan bij Ajax. En thuis stonden we met 800 man op Harga. Dat was puur, dat was echt.” De club groeide, maar het avontuur eindigde pijnlijk. De fusie met FC Dordrecht betekende het einde van SVV als betaald voetbalclub. “Ik voelde me verweesd, maar wat misschien nog meer pijn deed dan de degradaties of de fusie, was de sloop van het stadion enkele jaren later. “Dat vond ik verschrikkelijk. Alsof je naar een begrafenis stond te kijken.” Herboren op het amateurveld Door de fusie met Dort tot SVV/ Dordrecht’90 had hij het even gehad en raakte z’n liefde bekoeld. Een jaar later keerde Bob toch terug, bij een beslissingswedstrijd van de inmiddels SVV-amateurs tegen SMC op het terrein van Hermes DVS. “Ik was nieuwsgierig, ging kijken… en was direct weer verkocht. Mijn jeugdidool Peter van Velzen scoorde de winnende goal. SVV promoveerde naar de derde klasse en ik was weer helemaal terug.” Afzakken naar de kelder Sindsdien mist hij nauwelijks een wedstrijd. Door de jaren heen zakte SVV via de hoofdklasse uiteindelijk af naar de vijfde klasse, maar voor Bob betekende dat alleen maar het idee om méér clubs te kunnen bezoeken. “Door die hele neergang heb ik nu bijna het hele amateurvoetbal gezien. Met de meeste clubs dus ook op de fiets. Mijn benen kennen elk fietspad tussen Schiedam en Groningen inmiddels wel.” Zijn vlag, in de jaren ’80 met liefde genaaid door zijn moeder, hangt regelmatig in het hek. “Die hoort erbij. Net als mijn fiets. Dat is mijn vaste uitrusting.” Eén keer met de bus terug “Door SVV heb ik ruim 200 clubs op de fiets bezocht,” vertelt hij met een trotse glimlach. “Van Wageningen tot Maastricht, van Deventer tot Doetinchem :geen afstand was me te groot.” Al moet hij toegeven dat het in de hoofdklasse soms wel even slikken was. “Ja, toen we op dat niveau speelden waren de afstanden pittig. AFC’34 in Alkmaar, AFC in Amsterdam… dat was een serieus stuk trappen. En dan heb ik het nog niet over Baronie in Breda,” zegt hij met een brede grijns. “Daar ging ik heen op de fiets, maar na een paar biertjes na de wedstrijd heb ik me toch maar in de supportersbus gehesen. Fiets ging onderin de laadruimte en terug naar Schiedam. Je moet soms een beetje slim zijn.” Meer dan supporter Tegenwoordig doet Bob meer dan alleen supporteren. Hij is inmiddels ook secretaris bij zijn club, en daar is hij zichtbaar trots op. “Het is fantastisch om nu ook echt iets terug te kunnen doen voor SVV. Deze club heeft me zoveel gegeven: vriendschappen, herinneringen en weekenduitjes. Het voelt gewoon goed om nu ook aan de andere kant iets te kunnen betekenen voor mijn club. Of SVV ooit weer hogerop komt? “Dat zien we wel. Voor mij blijft het SVV: hoog, laag, regen of zon. Ik ben erbij. Met mijn vlag. En natuurlijk… altijd op mijn fiets.” Bob Veilinga voor de oude tribune van ‘zijn’ SVV 23

24 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication