32

“tradities beschrijft op autoriteit van de Joden.” Malik en Ibn Ishaq verzoenden later met elkaar, en talloze andere vroege Moslim autoriteiten bevestigen de betrouwbaarheid van de biograaf. Een Moslim die hem al vele jaren kende, verklaarde dat “geen van de inwoners van Medina afkeurend over hem sprak”, en een andere tijdgenoot noemde hem “betrouwbaar in de tradities.”(12) Moslims hebben het werk van Ibn Ishaq over het algemeen geaccepteerd als betrouwbaar, gebaseerd op het feit dat de afkeer die enkele vroege Moslims zoals Malik voor hem hadden, niet gebaseerd was op het feit dat zijn historische materiaal niet betrouwbaar was, maar van zijn geschreven stukken over Islamitische wet. Hij werd er van verdacht om wettelijke tradities te citeren met een incomplete of ontoereikende keten van overlevering, en daar de autoriteit op baseerde (alhoewel hij nauwkeurig zulke ketens van overdracht in zijn werk opnam voor de meeste van zijn historische verslagen). Hij werd ook beschuldigd van Sjiitische neigingen en andere afwijkingen van orthodoxie. Maar de grote Islamitische jurist Ahmed ibn Hanbal (780855) vatte de overheersende visie samen: “in maghazi [Mohammeds militaire campagnes] en zulke zaken waarvan Ibn Ishaq zei dat het gewoon opgeschreven kon worden, maar in wettelijke aangelegenheden was verdere bevestiging noodzakelijk.”(13) Met andere woorden, hij is een goede bron voor de geschiedenis, maar niet voor wetgeving. Echter, het werk ‘Life of Muhammed’ (het leven van Mohammed’) beschrijft (vertaald in het Engels in 1955) is zo onbeschaamd hagiografisch, dat de nauwkeurigheid ervan twijfelachtig is. De biograaf van de Profeet was een gelovige Moslim, die erg ijverig was om Mohammed te portretteren als een groter-dan-het-leven figuur. Hij vertelt over een incident, waarbij een gevangen genomen vrouw, waarvan de man was geëxecuteerd op bevel van Mohammed, het eten van de Profeet vergiftigde, maar de Profeet had een bovennatuurlijk besef van de daad van de vrouw, en hij spuwde op het vergiftigde eten, en riep uit, “Dit botje vertelt mij dat het is vergiftigd.”(14) Bij een andere geval waren zijn manschappen een loopgraaf aan het graven voor een veldslag en zij stuitten op een grote rots die niemand kon bewegen. De Profeet spuwde op wat water en besprenkelde de rots ermee, waarop het obstakel “verpulverde alsof het zacht was, en dusdanig dat het niet een bijl of schop kon weerstaan.”(15) Wat dan ook zijn betrouwbaarheid als een historicus mocht zijn, veel van het portret van Mohammed dat Ibn Ishaq’s schetste, is door de eeuwen heen in het algehele bewustzijn van Moslims gekomen. Veel gebeurtenissen in het leven van de Profeet, die later invloedrijk werden in de Islamitische geschiedenis, hebben geen andere bron dan Ibn Ishaq. Latere berichtgeving van vroege Moslimhistorici waren volledig afhankelijk van zijn werk. Hij wordt gelezen en gerespecteerd door hedendaagse Moslims, en Moslim boekwinkels hebben nog steeds kopieën van zijn biografie liggen tussen moderne verslagen over de Profeet.(16) Hedendaagse Moslim historici loven zijn nauwkeurigheid: Luitenant-Generaal A.I. Akram van het Pakistaanse Leger maakte een biografie over het leven van Khalid bin Waleed – een van de compagnons van de Profeet Mohammed, die ook de bijnaam “Zwaard van Allah” had. Hierin verklaart hij dat het werk van Ibn Hasham: “van onschatbare waarde is, en een verkorte verzie van het laatste pionierende werk, Seerah Rasoolullah, door Mohammed bin Ishaq. … Mohammed bin Ishaq (die stierf in 150 of 151 AH(17)), is zonder twijfel een belangrijke autoriteit met betrekking tot de literatuur van de Seerah (Profetische biografie) en Maghazi (de veldslagen). Elk werk dat na hem kwam, is afhankelijk van zijn werk. En alhoewel 32

33 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication