Hoofdstuk 5 Een onheilsprofeet die waarschuwt voor een grote straf Aanvankelijke oppositie naar Mohammed toe vanuit zijn eigen stam De evolutie van de leerstellingen van Koran: van vrede naar oorlog tegen de ongelovigen De Satanische verzen: Mohammeds poging op zijn tegenstanders voor zich te winnen Hoe Islamitische apologeten het incident met de Satanische verzen weg proberen te verklaren Mohammeds Nachtelijke reis naar Jeruzalem (en niemand zag hem). Moeilijkheden met de Quraish NADAT MOHAMMED VASTBERADENER WERD OVER ZIJN EIGEN ROEPING ALS PROFEET, met hulp van Khadija en Waraqa, begint hij privégesprekken te voeren met mensen over de nieuwe religie. Aan het begin was het onderwerp van zijn gepreek eenvoudig monotheïsme: “Het is Gods religie, waarin Hij mij gekozen heeft voor Zijn doel, en (Hij heeft) Zijn apostelen ook gestuurd. Ik roep je op tot God, de Ene die zonder een metgezel (of deelgenoot) is, om Hem te aanbidden, en om al-Lat en al-‘Uzza af te zweren.”1 Zijn vrouw Khadija werd de eerste Moslim, gevolgd door Ali bin Abu Talib, die toen een jongen was van 10 jaar, die later zou opdoemen in het schisma tussen de Soennieten en Sjiieten, naast een paar anderen. Drie jaar na zijn aanvankelijke visitatie van wat later Gabriël zou zijn, die plaatsvond rond het jaar 610, zou Allah hem opdragen om “(in het openbaar) af te kondigen wat je bevolen is, en zich af te wenden van de polytheisten.2 Mohammed droeg zijn eigen verwanten, de Quraish stam, op om een berg te beklimmen, en een oproep te doen aan de verschillende Quraish familieclans en volksstammen in de omgeving. Hij vroeg hen “Veronderstel dat ik jullie vertel dat er een (vijandige) cavalerie in de vallei is, zouden jullie mij geloven?” Zij antwoordden, “Ja, want wij hebben niets anders gezien, dan dat jij de waarheid verteld.” Mohammeds antwoord was: “Ik ben iemand die waarschuwt, voordat er een geweldige straf komt. 62
63 Online Touch Home