23

maakte – een heidense gewoonte die hij een onderdeel van Islam wilde maken, maar tot dan nu lukte hem dat niet, omdat de Quraish regeerden over de stad. Hij dirigeerde Moslims om zich voor te bereiden op een pelgrimstocht naar Mekka, en trok naar de stad met 1500 mannen. De Quraish ontmoette hen buiten de stad, en de twee kampen kwamen een 10-jarig bestand overeen (hudna), het verdrag van Hudaybiyya. De Moslims spraken af dat zij huiswaarts zouden keren, zonder de pelgrimstocht te maken, en de Quraish zouden hen toestaan om de pelgrimstocht het jaar daarop te maken. Mohammed schokte zijn manschappen door akkoord te gaan met verdere bepalingen die erg nadelig waren voor de Moslims: Degenen die de Quraish zouden ontvluchten, en toevlucht zouden zoeken bij de Moslims zouden teruggestuurd worden naar de Quraish, terwijl degenen die de Moslims zouden ontvluchten en toevlucht zoeken bij de Quraish niet teruggestuurd zouden worden. De onderhandelaar van de Quraish, Suhayl bin ‘Amr, dwong zelfs af dat Mohammed zichzelf niet zou identificeren als “Mohammed, de apostel van God.” Said Suhayl zei: “Als ik getuige zou zijn dat jij Gods apostel zou zijn, dan zou ik niet met je gevochten hebben. Schrijf je eigen naam, en de naam van je vader.” Tot ontzetting van zijn metgezellen, deed Mohammed dat ook nog. Net als vandaag: Tsunami roept voor meer Islam Nadat een tsunami vernietiging aanrichtte in de Indische Oceaan op 26 december 2004, beloofden Australië en Verenigde Staten alleen al meer dan 1 miljard dollar aan hulp. Olierijke Arabische landen – Saoedi-Arabië, Qatar, VAE, Koeweit, Algerije en Libië – beloofden samen minder dan een tiende van dit bedrag. Een reden hiervoor: Islamitische leraars wezen de tsunami toe aan de zonden die de ongelovigen en Moslims hadden begaan in het overheersende Islamitische Indonesië. Zoals een Saoedische geestelijke zei, “Het gebeurde tijdens de Kerstperiode, als overspelige en corrupte mensen wereldwijd samenkomen om overspel en seksuele perversie te bedrijven.” Toen drong Mohammed er bij de Moslims op aan, in tegenstelling tot alle schijn, dat hij een overwinning had behaald, en leverde een nieuwe openbaring van Allah: “Zeker, Wij hebben jullie een grote overwinning geschonken” (Koran 48:1) Hij beloofde dat zijn volgelingen veel oorlogsbuit zouden binnenhalen: “Zeker, Allah was verheugd met de gelovigen toen zij je trouw zwoeren onder de boom, en Hij wist wat in hun harten was. En Hij deed vrede en geruststelling op hen neerdalen en beloonde hen met een nabije overwinning. En een grote oorlogsbuit zullen zij innemen. En Allah is Almachtig en wijs. Allah heeft jullie een grote oorlogsbuit beloofd die jullie zullen nemen en Hij heeft dat al voor jullie gegeven. En Hij heeft de handen van de mensen van jullie afgehouden, opdat het een teken voor de gelovigen zou zijn. En Hij leidt jullie op een recht pad” (Koran 48:18-20). Als er enigen van zijn volgelingen nog steeds sceptisch zouden zijn, dan zouden hun twijfels spoedig gekalmeerd worden. Een vrouw van de Quraish, Umm Kulthum, trad toe tot de Moslims in Medina. Haar twee broers kwamen tot Mohammed, en vroegen of zij teruggestuurd kon worden, “in overeenstemming met de afspraak tussen hem en de Quraish bij Hudaybiya.” Mohammed weigerde omdat Allah het verbood. Hij gaf Mohammed een nieuwe openbaring: “O jullie die geloven! Wanneer er gelovige vrouwelijke vluchtelingen komen, onderzoek en test hen; Allah kent hun geloof het beste: 23

24 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication