7

7 Colosseum te Rome. Uiteindelijk keerde Martialis naar Spanje terug. Weg van de grootstad kon hij zich daar nog moeilijk aanpassen. Hij overleed er in 104 na Christus. 24.2 " Waarom angst hebben voor de toekomst? Was het verleden dan zo mooi?" (Friedrich Heer) (Cultuur)historicus Friedrich Heer (1916-1983) werd geboren tijdens de Eerste Wereldoorlog te Wenen. Reeds op jonge leeftijd verklaarde hij zich vijand van het nationaal-socialisme en het pangermanisme die volgens hem zijn land van uit naziDuitsland 'besmetten'. Het jaar 1938 vergat hij nooit meer : afgestudeerd aan de universiteit, maar ook opgepakt door Oostenrijkse nazi's. Dit laatste had bij hem een omgekeerd effect. Hij richtte immers een verweergroep op die personen van uit diverse strekkingen, zoals katholieken en communisten, verzamelde. Zelfs tijdens zijn dienstplicht probeerde hij tot verzet te komen. De eerste jaren na 1945 leidde hij het weekblad 'Die Furche', maar meer en meer spitste hij zich toe op het schrijven en op het lesgeven (ook aan de Weense universiteit). Zo kende 'Gottes erste Liebe. Die Juden im Spannungsfeld der Geschichte' van 1967 veel bijval. Meerdere malen werd hij gehuldigd voor zijn werk. Vooral de 'Medaille van de hoofdstad Wenen in goud voor belangrijke journalistieke en academische prestaties' in 1976 deed hem plezier. Het jaar nadien volgde het 'Oostenrijkse erekruis voor wetenschap en kunst, 1e klas'. Zijn laatste grote publicatie was 'Der Kampf um die Österreichische Identität' (1981). In 1983 overleed Heer in zijn geboortestad. 24.3 "De beste profeet voor de toekomst is het verleden." (George Byron) George Byron of Lord Byron was een Engelse dichter die in 1824 op 36-jarige leeftijd te Mesolongi stierf tijdens de Griekse opstand tegen de Turken. Zijn privé-leven was verre van voorbeeldig met onder andere verhoudingen van diverse aard en een opeenstapeling van schulden. Zijn eerste dichtbundel (als universiteitsstudent te Cambridge) werd zwaar afgekamd, maar dat deerde hem niet. Hij reisde veel rond en publiceerde in 1812 zijn bekendste werk : 'Childe Harold's Pilgrimage'. Daarin schetste hij een beeld van zichzelf als losbandige jongeling die zijn geluk in het buitenland ging zoeken. Maar de Engelse kritiek hield aan (vandaar : "Men kan nog beter een vrouw of een grafschrift geloven dan een criticus vertrouwen."), zodat hij zich in Zwitserland ging vestigen. Daar ontstond vanaf 1819 'Don Juan', een niet volledig afgewerkt geheel van zestien satirische zangen. In dit meesterwerk spaarde hij zijn cynisme niet en kloeg hij de wantoestanden in zijn vaderland aan. Tijdens zijn reizen had hij de Griekse cultuur en bouwwerken leren waarderen. Dat zette hem ertoe aan in 1823 zich te engageren in de Griekse vrijheidsstrijd. Het jaar daarop echter werd moeraskoorts hem fataal. Zijn lichaam werd naar Engeland overgebracht. Maar een rustplaats in de Poets' Corner van Westminster Abbey kreeg hij niet. Daarvoor was het leven van Byron te weinig voorbeeldig geweest... "Ik ben zo veranderlijk, alles op zijn beurt en

8 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication