49

Na el SPECIAL 49 ‘ Digitale diensten hebben we na de crisis alleen maar méér nodig’ meer mee. Het gaat bijvoorbeeld ook om: zijn er alternatieve kanalen die mensen kunnen gebruiken als ze er online niet uit komen?’ Dat digitaliseren gebeurt nu dus versneld. Maakt u zich zorgen of dat goed gaat? ‘We zitten nog grotendeels in een crisissituatie, waar alles heel centraal wordt aangestuurd. Bij de herstelmaatregelen die er aankomen wordt de regio meer betrokken. De centrale overheid kijkt voor het weer op gang krijgen van de economie bijvoorbeeld naar de regio en gemeenten. Daar zit meer uitvoeringskracht en zicht op hoe de lokale economie in elkaar steekt. De druk om daarvoor digitale diensten te gebruiken gaat nog verder toenemen, vanuit zowel de overheid als de samenleving. We moeten er heel scherp op zijn of dat goed gaat. Of die diensten voldoende inclusief worden.’ Is het niet zo dat er minder digitale diensten nodig zijn als we weer naar herstel gaan? ‘De herstelmaatregelen moet je treffen in een anderhalvemetersamenleving. Het ligt dus voor de hand dat je de digitale middelen die je al gebruikte, nog sterker gaat gebruiken. Je ziet dat onze afhankelijkheid van digitalisering overal is toegenomen. Thuis werken, Tozo-regelingen, online vergaderen. Men gaat het nut daarvan zien, want de efficiëntie is groter online. Probeer je maar eens voor te stellen hoe de realisatie van de Tozo-regeling er offline uit had gezien. De overheid kan veel hulp krijgen van digitalisering, maar dan moet dat wel op een inclusieve manier gebeuren. Want heel veel mensen zullen van die maatregelen gebruik moeten maken.’ Dat was dus al lastig. Is dat versneld nog lastiger? ‘Ik ben bezig aan een nationaal toetsingskader inclusieve diensten, samen met collega’s van de Radboud universiteit, ICTU en de gemeente Amsterdam. We hebben wetenschappelijk onderzoek gedaan naar wat digitale diensten nou inclusief maakt, zodat alle burgers met die dienstverlening aan hun verplichting kunnen voldoen en hun rechten kunnen uitoefenen. Daar kwamen een tiental factoren uit.’ Wat zijn de belangrijkste? ‘Ze zijn allemaal belangrijk, maar complexiteit is er bijvoorbeeld één. Een regeling die CV WOLFGANG EBBERS Wolfgang Ebbers is bijzonder hoogleraar ‘ICT en strategische innoveren in de publieke sector’ aan de Erasmus Universiteit Rotterdam en adviseur bij PBLQ, adviesbureau voor de publieke sector. Samen met de Radboud universiteit, ICTU en de gemeente Amsterdam werkt hij aan een nationaal toetsingskader inclusieve dienstverlening. Meer op https://inclusiekader. gebruikercentraal.nl/ BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 24 | 2020

50 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication