31

en in de industrie? Handgel Veel bedrijven hebben het op dit moment moeilijk. Ze hebben te kampen met ziek personeel, haperende toeleveranciers, of afnemers die orders cancelen. En vaak ook nog eens alledrie tegelijk. Volgens emeritus hoogleraar economie Hans Schenk kan de industrie op dit moment niet zo gek veel meer doen dan wat er nu al gebeurt. “De maakindustrie realiseert zich dat deze economische lockdown nog wel even kan duren. In de tussentijd proberen sommige bedrijven hun productie te verschuiven naar spullen die nu hard nodig zijn, bijvoorbeeld de handgels van DSM. Of fabrikanten in de automotive industrie die ineens beademingsapparatuur gaan maken.” Globalisering Schenk meent dat bedrijven zich op termijn zullen gaan bezinnen op de sterk versnipperde internationale toeleveringsketens. “Sommige bedrijven weten niet eens meer waar hun halffabrikaten vandaan komen. Dat is onwenselijk. Je zou kunnen concluderen dat het onbegrensde vertrouwen in de voordelen van de globalisering ons nu duidelijk toch in de problemen brengt.” Ook Industriële toeleveranciers zijn steeds vaker afhankelijk van de levering van componenten uit het buitenland. Schenk: “Je zou de situatie kunnen krijgen dat die toeleveranciers in Nederland gaan onderzoeken of ze ook zonder die buitenlandse toeleveranciers kunnen. Dat soort processen gaan echter niet van de ene op de andere dag, maar kosten vaak jaren, of zelfs decennia. Het is overigens ook niet iets waar we nu pas over beginnen te denken. Door diverse geopolitieke ontwikkelingen, zoals Trump, Poetin, China dat aan macht aan het winnen is, zien verschillende bedrijven al geruime tijd in dat het niet slim is om je volledig aan die internationale handelsstromen over te leveren. Eén kinkje in de kabel in Singapore kan betekenen dat jij je product wekenlang, of maandenlang niet kunt maken.” Sommige bedrijven weten niet eens meer waar hun halffabrikaten vandaan komen. Dat is onwenselijk... “Daarnaast zal je zien overheden hun vitale bedrijven, meer dan voorheen, zullen willen beschermen tegen buitenlandse overnames”, vervolgt Schenk. “Ook dat is terug te brengen op het idee dat we de invloed van het buitenland op onze eigen welvaart willen beperken.” Maar er zijn voor ondernemende bedrijven nu ook kansen. “Bedrijven die nu opstaan en iets gaan produceren wat we nu hard nodig blijken te hebben, kunnen daar succes mee boeken’ meent Schenk. “En daar kunnen andere bedrijven, die bijvoorbeeld machines bouwen voor die ondernemers, weer van meeprofiteren.” Smart Industry De afgelopen jaren kon men in Process Control bijna geen pagina meer omslaan zonder de term ‘Smart Industry’, ‘big data’, ‘Industrie 4.0’ of iets vergelijkbaars tegen te komen. Waar er bij vrijwel alle ‘connected’ technologie in eerste instantie een bepaald verdienmodel ten grondslag ligt aan het in bedrijf nemen van deze technologie, is daar de afgelopen tijd ineens een zeer relevant argument bijgekomen. Als je een fabriek op afstand kan besturen, of als je minder mensen op de productielocatie nodig hebt, is de kans dat je dicht moet omdat je personeel ziek wordt een stuk kleiner dan wanneer je schouder aan schouder staat te werken. Automatisering en digitalisering dragen hier in grote mate aan bij. Digitalisering creëert tevens een zekere mate van redundantie. Als je één klein fabriekje hebt waar je kippenvoer produceert op een vrij arbeidsintensieve manier, heb je in crisistijd een kleine overlevingskans. Als je echter (en zo werkt het in de Nederlandse veevoerbranche doorgaans) een serie fabrieken hebt op verschillende locaties, waar specifieke recepten worden geproduceerd, met een centrale aansturing vanuit een hoofdkantoor én de middelen om recepten uit een ‘geïnfecteerde’ fabriek snel te laten overnemen door een ‘schone’ fabriek, heb je veel betere kansen. Pure winst Aldert Schollaardt van Endress + Hausser herkent de potentie van moderne digitalisering in crisistijd. “Alles wat je aan procesdata thuis kunt zien, hoef je niet op de werkvloer te bekijken. Dat is pure winst. Wij hebben net een app gelanceerd, getiteld Visual Support, waarmee een medewerker op locatie bepaalde handelingen aan een installatie kan verrichten, terwijl een monteur van ons op afstand meekijkt. Een volgende stap is remote service, waarbij je nog minder fysieke handen op de werkvloer nodig hebt.” En waar dit soort grote veranderingen vaak jaren nodig hebben om geaccepteerd te 31

32 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication