49

motoriek, spel en sociaal-emotionele ontwikkeling De ontwikkeling van het SPEL EN EEN TAALONTWIKKELINGSSTOORNIS (TOS) Kinderen met TOS lopen vaak achter in hun spelontwikkeling. Ze hebben soms moeite met het spelen van een fantasiespel (zoals winkeltje of vader-en-moedertje), doordat ze vaak minder plannen en ideeën hebben om fantasie in het spel te brengen. Ook vinden sommige kinderen met TOS het lastig om te bedenken wat ze kunnen en willen doen met speelgoed. Samen spelen met andere kinderen is voor kinderen met TOS soms lastig. Bij samen spelen moet je overleggen en onderhandelen. Dit vraagt taalvaardigheid van een kind, en dat is juist het probleem. Samen spelen kan daardoor snel zorgen voor ruzie. Kinderen die problemen niet kunnen oplossen met taal, doen dit dan door bijvoorbeeld te gaan slaan of speelgoed af te pakken. Of ze kiezen ervoor om alleen te spelen en geen contact te maken met andere kinderen. Soms spelen ze wel samen, maar kiezen er dan voor om te spelen met jongere kinderen waar ze de meerdere van zijn. Of juist met oudere kinderen die ze alleen hoeven te volgen. SPEL EN DOOF- OF SLECHTHORENDHEID Naar de invloed van doof- of slechthorendheid op het spel van jonge kinderen is nog niet zo veel onderzoek gedaan. Misschien is de ontwikkeling van het spel iets trager dan bij horende kinderen. Ook lijken zij het moeilijker te vinden om tot een spelverhaaltje te komen. Het is voor ouders soms lastig om te zien hoe het spel van dove kinderen zich ontwikkelt. Een fantasiespel zoals vader-en-moedertje kun je bij horende kinderen volgen door te luisteren naar de dingen die de kinderen zeggen. Dove of slechthorende kinderen spreken weinig of gebruiken gebaren. Bovendien stopt een gehoorbeperkt kind zijn spel regelmatig om te kijken wat er in de omgeving gebeurt. Het is voor het kind daardoor lastiger om zijn eigen verhaal vast te houden. Veel dove of slechthorende kinderen spelen graag hun eigen spel en liever alleen dan met andere kinderen. Dat kan komen door problemen in de communicatie, bijvoorbeeld als ze niet begrijpen wat andere kinderen zeggen. > tips SPELTIPS • Speel veel samen met je kind. Zeg wat je ziet en wat er gebeurt. Voor horende kinderen doe je dat met je stem en voor kinderen die doof of slechthorend zijn met stem en gebaren of in gebarentaal. • Gebruik veel taal tijdens het spel. Gebruik korte, duidelijke zinnen. • Volg het spel van je kind en sluit hierbij aan. Laat je kind eerst rustig zelf dingen ontdekken, bijvoorbeeld als het met zand speelt. Doe niet meteen iets voor en bedenk niet te snel iets nieuws. Geef je kind de tijd. Zeg wat je ziet en voelt, en laat dat passen bij wat je kind doet. Als je kind bezig is met het voelen en ervaren van het zand, zeg dan: ‘Het zand is lekker zacht en warm.‘ Als je kind duidelijk iets aan het maken is met het zand, zeg dan: ‘Kijk eens wat een mooie berg je maakt’. • Kijk goed naar je kind en zeg wat je ziet. Speel met je kind mee en laat je kind de leiding nemen. Probeer je kind te volgen en na te doen. Dat is niet altijd eenvoudig, want als volwassene neem je vaak vanzelf het spel over of voeg je er dingen aan toe. Kinderen leren door te spelen. Al spelend ontwikkelt het kind nieuwe competenties en inzichten die het spel ook later kan gebruiken, onder andere op school en in zijn sociale contacten. Spelen is dus belangrijk voor de ontwikkeling van het kind. Kinderen gebruiken en leren taal in hun spel. Spelen is een natuurlijke manier om taal te ontwikkelen en aan te bieden. VAN NUL TOT TAAL - ouders | 49

50 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication