2

Donderdagnamiddag, de op één na laatste dag van 2021. Afspraak met Hans Maes in de schrijfresidentie waar hij me opwacht voor een interview. Na een korte kennismaking en wat meer info over de Beauvoordse dorpsgazette neemt hij een boek van de schouw dat hij onlangs kocht bij Johan in ’t Ezelsoortje op de benedenverdieping van zijn verblijf. “De Vlaschaard”, zonder twijfel de meest bekende roman van Stijn Streuvels, een werk dat hem als lezer terugbrengt in de sfeer van vroeger. “De geïsoleerde dorpen die op hun eigen bestonden, waarbij roddel, nijd en achterklap tot de slechte aspecten behoorden. Al waren er ook wel schone elementen aanwezig, … Dat er hier een dorpskrant wordt uitgegeven, betekent dat er hier toch wel een gemeenschapsgevoel is, een identiteit. Dat vind ik benijdenswaardig. Ik kom hier heel graag in de Westhoek. Het is een heel bijzondere streek. Ik ben er al op verschillende plekken op bezoek geweest. Ik heb er nooit gewoond, maar wel verbleven. Zelf ben je hier nog niet in de residentie geweest? Ik niet, maar wel mijn echtgenote, Katrien Schaubroeck. Zo heb ik het hier leren kennen. Ach zo, wat een aangename verrassing. Jullie zijn allebei in de wijsbegeerte bezig. Ja, maar wel in een verschillend vakgebied. Zij in de ethiek en ik in de kunstfilosofie. En, … delen jullie dezelfde meningen? Ja, dat is wel fijn dat je zo dezelfde gemeenschappelijke interesses hebt. Dat je met elkaar over filosofie kunt praten. Ja, we komen in de meeste zaken wel overeen. Uiteraard gaat het niet constant over filosofie. Welke lesmodules bied je aan als hoofddocent geschiedenis en kunstfilosofie aan de Universiteit in Kent? Elk jaar heb ik andere onderwijsopdrachten. Er zijn cursussen die ik al een tijdje geef. Eén ervan is media-ethiek, andere zijn ‘kunst van het portret’, ‘inleiding tot de kunstfilosofie en esthetica’. De laatste tijd geef ik ook nieuwe modules, bijvoorbeeld over de digitale cultuur en thema’s als seksualiteit en gender. Dat sluit aan bij mijn ander werk binnen kunstgeschiedenis rond erotische kunst en het verschil tussen erotische kunst en pornografie. Dat is mijn lesopdracht als academicus. Ik ben ook betrokken bij professionele gezelschappen en verenigingen – zowel in GrootBrittanië als België en Nederland - bestaande uit docenten en professoren binnen de kunstgeschiedenis en esthetica die een aantal keer per jaar samenkomen. In het Nederlands Gezelschap voor Esthetica ben ik lang voorzitter geweest. En sinds ik werk in Groot-Brittanië heb ik mij ook geëngageerd in the Britisch Society of Esthetics en daar ben ik trustee geworden, m.a.w. bestuurslid en organiseer daarbij de jaarlijkse conferenties in London of in Oxford. Daarnaast kan je als trustee beurzen toekennen en aanvragen doen om een onderzoekbeurs te krijgen. Is de werking van het academische wezen in GrootBrittanië anders dan in België? Ik heb zelf gemerkt dat dit anders is. Ieder land doet dit op z’n eigen manier. De titels, de bestuursorganen, de manieren van lesgeven en het toekennen van cijfers en letters zijn bij elk land anders, wat wel wat tijd vraagt om daarin je weg te vinden. 2 Wat mij sterk interesseert is je proefschrift dat in 2005 verscheen met als titel ‘Bescheidenheid, trots en ijdelheid’, die een analytischfilosofische kijk is op de verhouding tussen zelfwaardering en waardering van anderen! Los van ons geslacht willen we allemaal behagen, bij de groep horen … Mensen willen ‘pleasen’. Naar de buitenwereld tonen we ons van onze ‘beste’ kant door ons uiterlijk en onze houding ideaal voor te stellen. De zelfwaardering en waardering van anderen: ik denk dat we dit tonen en verdienen door onszelf te zijn als persoon? Of is het een combinatie van het innerlijke en het uiterlijk vertoon? Ook een vergiftigd geschenk kan je mooi verpakken met een mooie strik errond, niet …? Elk van ons is niet ongevoelig voor de erkenning van anderen. Dat doet ons deugd en op een bepaald niveau is dat iets waar we nood aan hebben. Daarentegen kan onze hang of verlangen naar erkenning te groot zijn of kan er iets mislopen in de manier waarop we ons verhouden tot andere mensen. ‘IJdelheid’ bijvoorbeeld: iemand is ijdel wanneer hij te zeer en te rechtstreeks bezig is met het feit hoe anderen of wie dan ook over hem denken. Ik denk daarbij hoe iemand voortdurend in de spiegel kijkt om te zien of hij/haar er al dan niet goed genoeg uitziet en zijn of haar verschijning zal bevallen bij de mensen die hij of zij zal ontmoeten.

3 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication