26

Klasfoto 1946 Gemeentelijke Jongensschool Vinkem - boven Walter Rabaey, Godfried Woutters, Georges Persyn, Gerard Top, Jozef Debrock - midden Gilbert Dewaele, Roger Aernoudt, Lionel Claerhoudt, Adrien Alderweireldt, Walter Boudeweel, meester Peeters - onder Lionel Pouchele, ? (Alderweireldt), André Verdoolaeghe, Jozef Alderweireldt Gerard: “Meester Peeters was medewerker van het Rode Kruis en had zijn kantoor in het schoolgebouw (het lokaaltje tussen het klaslokaal en het private gedeelte op het gelijkvloers). Omdat hij meer tijd nodig had om gewonden van de oorlog te verzorgen, kregen zijn leerlingen daardoor minder les, …”. In het jaar dat ik 10 werd, besloten mijn ouders naar Houtem te verhuizen, op een boerderij in de Westmolenhoek nr. 3. Die hoeve stond tijdens de oorlog onder water. De hoeve had geen uitweg om er met de fiets of een auto te rijden. Er was een kerkweg via een andere hoeve. Enkel met laarzen aan kon je de hoeve bereiken. In de zomer kon ik er met de fiets naar school, wanneer de kerkweg er droog bij lag. Je moest er wel zigzag door de putten laveren. ’s Winters was ik genoodzaakt in het dorp bij Octavie De Hem, mijn grootmoeder langs vaders kant, te blijven slapen. Op school leerde ik wat vriendjes kennen met o.a. Paul Dequeecker, Willem Debaenst en nog vele anderen. Vier jaar later moest ik thuis blijven, omdat er van verder studeren geen sprake was. Daarbij was ik ook niet zo’n beste leerling. Werken op de hoeve was de leuze. Zo zat ik rap in het gaen het was zelfs opletten in het water. Je kon zó diep stappen dat het water in je botten dreigde te lopen. 26 bare weg mee te verharden. Het puin kregen we gratis, maar het vervoer diende duur betaald te worden. reel en moest ik vader helpen bij het landwerk. Na de wateroverlast leek onze hoeve op een woestenij. Door het harde werk konden we er samen iets van maken. Enkel de lange uitweg van anderhalve km door weiden, land en afsluitingen tot aan de openbare weg, baarde ons zorgen. We moesten dus door de aardeweg, waar geen steen te bespeuren was. Dit kon enkel met laarzen aan We hadden twee paarden nodig om door de uitweg te geraken. Om de uitweg van enige verharding te voorzien, haalde mijn vader steenslag van oude huizen op, wat op de duur een onbegonnen werk leek te zijn. Daarna konden we puin van de bunkers uit Adinkerke krijgen, dat door de firma Baert uit Veurne nabij de hoeve van Gerard Goderis werd gestort. 75 camions waren er nodig om 500 m uitweg vanaf de open

27 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication