50

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 17 | 2021 G A 50 ACHTERGROND RUIMTE ‘ Deze perverse prikkel moet stoppen’ biedt wel mogelijkheden voor het bevoegd gezag om aanvullende maatregelen te treffen en een strenger beschermingsregime te hanteren, maar het is te vrijblijvend’, vindt Van Herwaarden. ‘Het is aan het eigen inzicht van het bevoegd gezag – gemeenten of provincies – of zij hier gebruik van willen maken. Het vraagt natuurlijk om extra inzet van ambtenaren, en die zijn er vaak niet. Het begint er al mee dat er geen goede registratie is van de houtopstanden.’ In het verlengde daarvan constateren de provinciale landschapsorganisaties een groot gebrek aan handhaving. ‘Dat leidt tot talloze voorbeelden van grondeigenaren die schaamteloos houtopstanden kunnen uitkleden en wegkappen in de wetenschap dat de kans klein is dat zij hierop worden aangesproken’, aldus Van Herwaarden. De gemeente Berkelland is zeer actief, maar de gemeente Enschede heeft slechts één ambtenaar die zich met het buitengebied bezighoudt. ONDUIDELIJKHEID Er heerst in de overgang naar de Omgevingswet onduidelijkheid over bevoegdheden, schrijft demissionair minister Carola Schouten (LNV) in januari aan de Eerste Kamer. De gemeenteraad mag in het omgevingsplan binnen de vastgestelde ‘bebouwingscontour kap’ regels opstellen over houtopstanden. Buiten die contour mag dat ook, mits daar geen rijksregels gelden. Is een gemeente daar niet tevreden mee, dan mag zij extra regels aandragen bij de provincie, die ze dan in de omgevingsverordening kan opnemen. ‘Tenzij het provinciaal belang zich daartegen verzet, zal de provincie zo’n verzoek naar verwachting honoreren’, suste Schouten in januari. Gemeenten zijn daar nog steeds niet gerust op. ‘Er zou een beleidsneutrale overgang zijn van de wet Natuurbescherming naar de Omgevingswet’, licht de VNG toe. De koepelorganisatie meent dat er niettemin onterecht wordt afgeweken van het uitgangspunt ‘decentraal, tenzij’. ‘De inzet van gemeenten op biodiversiteit en de bescherming van landschapselementen en houtopstanden wordt ons ontnomen. Het is een recht dat gemeenten nu wél hebben.’ De VNG bepleit een aanpassing van het BAL. De provincies denken daarentegen dat er sprake is van ‘tijdelijke problemen’. De overgang naar de natuurbeschermingswet was voor alle partijen wennen, zeggen ze. ‘En nu gemeenten en provincies net gewend zijn aan de Wet natuurbescherming, wacht ons op 1 januari 2022 de Omgevingswet’, aldus het IPO. Dit leidt ertoe dat bij gemeenten onduidelijkheden zijn gerezen over de finesses van de bevoegdheidsverdeling tussen gemeenten en provincies over de houtopstanden buiten de bebouwingscontour houtkap. Provincies en gemeenten namen recent de onduidelijkheden door. ‘Daarbij is vastgesteld dat gemeenten vooral geholpen zijn met een concreet stappenplan hoe in voorkomende gevallen te handelen en wanneer waarover contact met de provincie op te nemen. Ook provincies hebben baat bij een dergelijke verduidelijking’, aldus het IPO. Dat ‘stappenplan’ is bijna klaar. ‘Uitgangspunt is dat provincies bevoegd zijn voor de rijksregels. Gemeenten zijn dat voor binnen bebouwde kom. Daarbij kunnen gemeenten veel regelen over de houtopstanden.’ Om het nog ingewikkelder te maken: de bebouwde kom ligt vaak ver buiten de grens van het bekende bordje ‘einde bebouwde kom’. AFNAME In navolging van LandschappenNL ziet ook Natuurmonumenten problemen opdoemen bij de overgang van de wet Natuurbescherming naar de Omgevingswet. ‘De wettelijke bescherming van waardevolle landschapselementen schiet nog steeds tekort’, aldus Natuurmonumenten. ‘Het is onduidelijk of de provincie dan wel de gemeente het bevoegd gezag is’, zegt woordvoerder Simone Prinsen. Houtopstanden vormen dan wel kleine landschapselementen, maar zijn volgens haar van groot belang voor de kwaliteit van het landschap. ‘Er is wel een meldings- en herplantplicht in het BAL, maar wij constateren nog altijd een sluipende afname van het aantal houtopstanden. In sommige gebieden wordt een afname van 10 procent gemeten’, aldus Natuurmonumenten. Bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) in Amersfoort is vorig jaar een kaart van groen erfgoed opgesteld, gevolgd door een deltaplan groen erfgoed. ‘Het is best een goed idee om nu per provincie cultureel waardevolle houtopstanden in kaart te brengen, en daar ‘toonbeelden’ van te maken, inclusief een fietsroute of wandelpad’, zegt Henk Baas, hoofd landschap bij de RCE. Zo’n toonbeeld zou dan ook een bordje met de geschiedenis van die opstand kunnen bevatten. Baas: ‘Staat zo’n element op boerenland, dan zou een boer daarvoor een vergoeding kunnen ontvangen voor onderhoud, zeker als houtopstanden nog oorspronkelijke inheemse vegetatie bevatten.’ Of dat geld uit Brussel er komt, zoals LNV bezweert, is volgens de RCE de vraag. ‘De vergroening van het Europese landbouwbeleid is als het verleggen van de koers van een mammoettanker. Met elke paar graden moeten we blij zijn’, vindt Baas. Ook LandschappenNL denkt dat de negatieve prikkel van kappen voor de Europese subsidies moet worden omgezet in een positieve prikkel voor landschapsbeheer. ‘Onderhoud en beheer van houtopstanden moet worden beloond’, aldus Van Herwaarden. Dat is ook de mening van LTO. ‘Kijk eens’, zegt burgemeester Van Oostrum van Berkelland. ‘Voor een luttele 5 miljoen euro kunnen we alle waardevolle landschapselementen in Nederland in kaart brengen. Op basis daarvan kun je een redelijke beschermingsvergoeding opstellen toekennen. Laten we hopen dat het nieuwe GLB dit regelt.’

51 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication