BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 23 | 2021 ACHTERGROND 37 Niet iedereen is blij met het Achterhoekse model zelfleveringsmodel.’ Niet iedereen is overigens blij met het model, constateert de projectleider. ‘Als je 100 adviseurs vraagt, zeggen 98: “Dat moet je niet doen”. Waarom? Er zitten verdienmodellen achter aanbesteden. Ze verdienen daar geld aan. Plus waar de aanbestedingen terechtkomen; die verdienen er ook aan. Dus dit model is disruptief.’ energieneutraal te zijn. Langeveld: ‘Het idee was: het energieverbruik terug te dringen en wat er nog nodig is duurzaam op te wekken via lokale productie.’ Dat de lat hoog is gelegd in Groenlo, beaamt Langeveld. ‘Zeker. Daarom hadden we Agem nodig.’ Opwekking en verbruik moesten aan elkaar geknoopt worden. ‘Daarom is toen besloten de groene energiemaatschappij op te richten. Dan heb je tijdelijk alle facetten in beeld en kun je regelen dat mensen zeker weten dat de energie die ze gebruiken uit de Achter - hoek komt.’ GOEDE VOORBEELD Al snel werd duidelijk dat gemeenten niet aan burgers en bedrijven een duurzaam doel konden opleggen zonder zelf het goede voorbeeld te geven door lokaal duurzame energie in te kopen. Dus werd binnen de Agem een aparte bv gecreeerd: Achterhoek Gemeentelijke Energie (Age). Die voorziet vijfduizend gemeentelijke aansluitingen (zoals gemeentehuizen, zwembaden, sportparken, buurthuizen en openbare verlichting) van stroom. Deze constructie had nogal wat voeten in de aarde, legt Langeveld uit. ‘Als we met acht gemeenten samen energie zouden kopen, moesten we dat in verband met de Europese regels openbaar aanbesteden en dat wilden we niet. We wilden het juist lokaal kunnen inkopen. Dat hebben we bereikt door het apart te zetten in die bv.’ Dat klinkt eenvoudiger dan het is. Agem heeft over deze aanpak een apart congres georganiseerd. ‘Inkopers en juristen vinden prachtig hoe we dat hebben geregeld’, vertelt projectleider innovatie Albert Jonathans van Agem, die de Achterhoekse constructie aanduidt als ‘quasi-inbesteding’. ‘Wij worden veel benaderd, omdat heel veel partijen geïnteresseerd zijn in dat FLINKE KLUS Wat vertelt Langeveld zijn collegawethouders over het Achterhoekse model? ‘Wat bestuurders vooral willen weten is: mag dat wat wij doen? In de Achterhoek’, zo gaat hij in op zijn eigen vraag, ‘hebben we iets bedacht wat er niet is. Het feit dat we daarin samenwerken met energiecorporaties, werpt meteen nieuwe vragen op. Dan verbreden we ons draagvlak en dan blijkt dat we iets voor onze eigen inkoop moeten bedenken. Het kan allemaal, maar het moet allemaal ontdekt worden en je hebt er nieuwe ontwikkelingen bij nodig. Dat lukt wel, maar het kost tijd en energie.’ De komende jaren ligt er nog een flinke klus te wachten voor Agem. In de RES (Regionale Energiestrategie) is vastgelegd dat een energieverbruik van 1,35 terawatt-uur (1,35 miljard kilowattuur) verduurzaamd moet worden. ‘Het doel is dat Agem daar minimaal 25 procent van gaat oppakken’, aldus de wethouder. ‘De opzet is om steeds meer lokaal zelf te ontwikkelen en aan jezelf te leveren’, licht Jonathans toe. ‘We zijn begonnen om te kijken of het model werkt. Of de levering goed gaat. Eerst kochten we alles op de markt. We hebben nu een eerste project van een 0,5 gigawatt.’ Bij dat project wekt een bewonerscorporatie op een oude stortplaats elektriciteit op uit stortgas. Jonathans: ‘Een commerciële partij heeft daar vijftien jaar lang met subsidie uit het gas dat daar opborrelde met een compressor en generator stroom gemaakt. Na vijftien jaar stopte de subsidie en dan stopt die commerciële partij gewoon. Maar er zat nog voor zes jaar gas in. Wij hebben ervoor gezorgd dat de bewoners die tegen die stortplaats aankijken met z’n allen een iets kleinere motor gekocht hebben, waarmee ze zes jaar stroom opwekken. De gemeente heeft gezegd: wij staan garant, want die halve gigawatt stroom gaan wij nu inzetten voor lantaarnpalen en een sporthal. Door die constructie, doordat de gemeente zegt: doe mij die stroom, kon dat project ook doorgaan.’ De Achterhoekse aanpak geeft mogelijkheden om de energietransitie lokaal te sturen en de duurzame energieopwekking organisch te laten groeien, stelt Langeveld. ‘Het voordeel is dat wij het meer in eigen hand houden. Het nadeel is: je moet op een gegeven moment extern kapitaal binnenhalen om de grote stap te gaan zetten.’ Immers, waar sommige regio’s hun duurzame energie in één klap inkopen, moet de Achterhoek zelf aan de bak om de lokale duurzame energieopwekking drastisch omhoog te krikken. ‘We zitten nu in die fase: hoe kunnen we opschalen om de volgende stap te zetten? Dan kom je in de boze buitenwereld terecht, die heeft zijn eigen dynamiek. Het model dat wij hanteren is een andere manier van economie, waarbij niet de groei vooropstaat.’ Voor Langeveld is de Achterhoekse aanpak vooral een reis waarvan het doel vastligt, maar de route daarnaartoe allerminst. ‘Doordat Agem is ontstaan, werd het voor ons als gemeente mogelijk kennis te verwerven die nodig is om lastige dingen op te lossen. En dat je lokale initiatieven van inwoners ondersteunt en kijkt hoe lokale opwek ook lokaal besteed kan worden. Dat loopt via de gvo’s [garanties van oorsprong voor duurzame opgewekte elektriciteit, red.], maar dan moet je ze wel inkopen. Dat loopt allemaal via Agem. We proberen te sturen op lokaal opwekken en lokaal leveren, maar de techniek die daarvoor nodig is en dat het ook mag conform weten regelgeving ... Dat’, zo concludeert hij, ‘hadden wij nooit kunnen bedenken.’
38 Online Touch Home