30

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 28 | 2020 30 ESSAY CORONA FOTO: SHUTTERSTOCK FOTO: CORBIS / H.H. ESSAY DE RAMP NA DE RAMP De corona ramp verschilt van andere ‘gewone’ rampen. Het gevaar blijft namelijk aanwezig. Iedereen kan erdoor worden getroffen of een ander besmetten. Voorgaande rampen leren dat sociale en psychische gevolgen op langere termijn de aanvankelijke solidariteit na een ramp kunnen ondergraven. De psychische en sociale ontregeling, de praktische en financiële problemen en de complexe gemeenschaps- en politieke vraagstukken monden dan uit in een ‘ramp na de ramp’. Daarvoor waarschuwen Berthold Gersons, Annika Smit en Geert Smid. De corona pandemie heeft inmiddels in Nederland meer slachtoffers geëist dan de watersnoodramp van 1953 (ruim 2.500 doden). Deze pandemie lijkt veel op een ramp: er is sprake van een plotseling toeslaande, (levens-) bedreigende situatie die komt met verlies van veiligheid. Men wordt afhankelijk van anderen om te overleven, de infrastructuur begeeft het en er ontstaat chaos. De chaos manifesteert zich als onzeker zoeken naar betrouwbare informatie over een onbekend virus, dat met uiteenlopende maatregelen bestreden wordt in verschillende landen. Hoewel technische infrastructuren intact bleven, werden ziekenhuizen en zorg kritisch geraakt; sociale netwerken zijn ontwricht. Afhankelijk is men geworden van elkaars gedrag, de naleving van richtlijnen opgesteld door deskundigen; en van de overheid. Het verlies van veiligheid is groot, omdat het gevaar in principe overal aanwezig is. Deze pandemie heeft onze (leef)wereld in korte tijd compleet veranderd. Op zondag 15 maart 2020 startte de Nederlandse ‘intelligente’ lockdown. De horeca moest sluiten en bijeenkomsten werden verboden. De volgende avond sprak de minister-president alle ‘17 miljoen’ Nederlanders toe om de ernst van de situatie te onderstrepen. Dit vormde de start van wat in de wetenschappelijke literatuur over psychosociale gevolgen van rampen de ‘impactfase’ genoemd wordt. Ongeloof, verbijstering en een sterk gevoel van onwerkelijkheid overheersen dan. Er is sprake van angst, slecht slapen en schrikreacties. Deze pandemie verschilt van rampen in twee opzichten tijdens de impactfase. Ten eerste waren er geen plotselinge getroffenen die afgezonderd en afhankelijk werden van hen die niet getroffen zijn. Iedereen werd blootgesteld aan hetzelfde gevaar. Inmiddels wordt onderscheid aangebracht aan de hand van risicogroepen; daarmee kan de grens tussen getroffenen en niet getroffenen in deze pandemie steeds verschuiven. Ten tweede kent deze sluipende ramp een aanhoudende impactfase. Er is nauwelijks verslagenheid, minder uiting van verdriet en minder woede. Machteloosheid en alertheid blijven. NA DE EERSTE SCHRIK Na een impactfase volgt gewoonlijk de ‘honeymoon fase’. Deze wat vreemde benaming duidt op de gevoelens van opluchting en verbondenheid die dan op de voorgrond treden. Bij deze pandemie is zeker sprake geweest van verbondenheid, maar niet van opluchting. De schrik ging niet echt weg. Door de voorgeschreven anderhalve meter ontwijking van anderen kon men zich enigszins veilig voelen. De vraag is wat het niet-wijkende gevaar van deze pandemie tot gevolg heeft. Sommige kenmerkende reacties zijn aanwezig: de honger naar informatie uit de impactfase, de lotsverbondenheid die hoort bij de fase erna. Maar de aanhoudende alertheid lijkt de emoties te dempen. Zo kondigt de desillusiefase zich aan: met vermoeidheid door de enorme verstoring van het dagelijks leven. Men raakt uitgeput. Dit geldt bij een ramp vooral voor de direct getroffenen en hun naasten. De niet-getroffenen in de samenleving zullen de draad van het gewone bestaan weer willen oppakken. Maar wie zijn nu de zwaarst getroffenen? Er dreigt een ‘leedhiërarchie’ – welke vormen van ‘getroffenheid’ zijn leidend in hoe verder te gaan? Dit is een riskant moment, omdat hier een

31 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication