8

BVL CONGRES 2022 Als de baby langer dan 3 à 4 uur slaapt, is het advies om hem te wekken, totdat de baby het geboortegewicht terug bereikt heeft. De samenstelling van moedermelk is zeer variabel en verandert wanneer de baby groeit. De samenstelling van moedermelk verschilt naargelang er sprake is van een pre-terme of terme geboorte en is ook variabel naargelang het aantal weken postpartum, de duur van de voeding, het moment van de dag, voor- of achtermelk, het BMI van de moeder of het dieet van de moeder. Een onderzoek (da Cunha et al., 2005) naar de relatie tussen het BMI van de moeder en de samenstelling van de moedermelk, toonde aan dat moedermelk van moeders met overgewicht en obesitas, m.a.w. moeders met een dieet met hoog vetgehalte, een hoger vetgehalte en energieniveau vertoonde, in vergelijking met moeders met een dieet met laag vetgehalte. Het is belangrijk om responsief te reageren op hongersignalen Prof. Paul haalt de studie van Kent et al. (2006) aan, die in de eerste zes maanden een groot verschil vond in moedermelkproductie en intake op 24 uur, terwijl het aantal voedingen gelijkaardig was. Het vetgehalte van de moedermelk van verschillende moeders kon erg variëren: bij de ene moeder kon het vetgehalte tot 3 x hoger zijn dan bij de andere moeders. Een derde van de baby’s kreeg geen nachtvoedingen (tussen 22u en 4u), maar het totale volume aan voeding intake over 24u was gelijk aan die van kinderen die wel nachtvoeding kregen. Hieruit kan geconcludeerd worden dat baby’s die ’s nachts niet meer drinken, meer drinken overdag. Een studie (Desai et al., 2014) bij ratten waarbij obese ratten (gevoed met voeding met een hoog vetgehalte, 60% kcal) en BVL-TIJDSCHRIFT VOOR LACTATIEKUNDIGEN 2023 JG 14 NR 1 18 controleratten (gevoed met een “normaal” dieet, 10% kcal) elkaars jongen voedden, kwam tot enkele interessante bevindingen. De jongen van obese ratten, gevoed door normale ratten, hadden een normaal gewicht. De jongen van normale ratten, gevoed door obese ratten, waren zwaarder in gewicht. Hier werd aangetoond bij ratten, dat maternale obesitas en een dieet met hoog vetgehalte een duidelijke impact heeft op de lichaamssamenstelling van het jong. Terwijl het volume aan moedermelk gelijk bleef, bleek een verschil in vetgehalte van de moedermelk hiervoor bepalend. Een studie over eten in afwezigheid van honger bestudeerde kinderen tussen 3 en 5 maanden oud, waarvan 39% borstvoeding kreeg (Bahorski et al., 2020). De kinderen kregen hun gewone voeding en na 30 minuten werd een tweede maaltijd aangeboden. 59% van de kinderen aanvaardde de tweede maaltijd, ongeacht of ze fles- of borstvoeding kregen. Genetische factoren spelen een rol in de verschillen in honger- en eetlustregulatie. In de INSIGHT studie werd ook vastgesteld dat er een verschil is tussen hoe gereageerd wordt op een lastige of huilende baby in de eerste 2 maanden (Savage et al. 2018). ’s Nachts wordt, in vergelijking met overdag, veel sneller gereageerd met voeding geven dan met andere zorg bieden. Moeders uit de responsieve ouderschapsgroep gaven minder vaak aan dat voeden de beste strategie was om te reageren op lastig gedrag van de baby, dan moeders uit de controlegroep. Daaruit volgt het besluit dat het belangrijk is om responsief te reageren op hongersignalen. Bijgevolg is het belangrijk om moeders hongersignalen te leren herkennen. Richtlijnen rond fopspenen Veel borstvoedingsadviezen (o.a. BFHI) staan sceptisch t.o.v. het gebruik van fopspenen bij borstvoeding en adviseren om fopspenen af te raden of uit te stellen tot borstvoeding goed op gang gebracht werd.

9 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication